-2-
Slechts investeringsplannen die gericht zijn op een sobere en doelma
tige verbetering komen voor subsidie in aanmerking. Dit in artikel
2.5. verwoorde beginsel wordt door het invoeren van een maximum
subsidiebedrag uitgewerkt.
Met de voorgestelde wijzigingen betreffende hoofdstuk III van de
verordening (monumenten en beeldbepalende panden) wordt beoogd
een aanvulling te geven op de geldende regelingen bedoeld in hoofdstuk
II van :de verordening. De gedachte is dat een eigenaar/gebruiker
van een monument in eerste instantie gebruik moet maken van de
subsidieregeling in hoofdstuk II van de verordening. Zijn de te
treffen voorzieningen extra duur ten gevolge van het feit dat het
een monument betreft (afwijkende maten, voorschriften Monumentenzorg
etc.) dan kan als aanvulling een beroep worden gedaan op de regeling
zoals neergelegd in hoofdstuk III van de verordening.
Een gevolg hiervan is dat de maximale subsidie in de extra voorzienin
gen is teruggebracht van 50% van 75.000,naar 50% van 35.000,
De thans geldende verordening gaat niet uit van de "aanvullingsgedach
te" zodat bij investeringsplannen alleen dit hoofdstuk van toepassing
was.
De wijziging brengt mee dat de bewoner/gebruiker van een monument
eerst een beroep kan doen op de subsidiemogelijkheden genoemd in
hoofdstuk II (tot een maximum van 77.875, en als aanvulling
daarop maximaal 50% van 35.000,kan verkrijgen (totaal maximum
95.000,Op basis van de thans geldende verordening was de
maximale subsidie 50% van 100.000,50% van 75.000,
87.500,
De overige in het ontwerp-besluit voorkomende wijzigingen betreffen
redactionele aanpassingen, vernummeringen dan wel hebben een puur
formeel juridische achtergrond. Inhoudelijk zijn deze wijzigingen
niet van belang.
Wij stellen u voor de gewijzigde subsidieverordening Dorpsvernieuwing
Boarnsterhim conform het voor u bij de raadsstukken ter inzage
liggende ontwerp-besluit vast te stellen.
Burgemeester en wethouders der gemeente Boarnsterhim,
de secretaris, de burgemeester,
P.H. Starreveld. B.G. Holtrop.