12. Voorstel wijziging verordening
als bedoeld in artikel 9, tweede
lid, van de Winkelsluitingswet.
(£rT%>
GEMEENTE BOARNSTERHIM
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 6 december 1985.
Bij besluit van 16 april 1985, nr. 15a, stelde uw raad de verordening
vast als bedoeld in artikel 9, tweede lid, van de Winkelsluitingswet
1976.
Bedoelde verordening behoeft ingevolge eerdergenoemde bepaling
van de Winkelsluitingswet 1976 Ministeriële goedkeuring.
De Staatssecretaris van Economische Zaken heeft bij schrijven van
30 september 1985 laten weten, dat de door uw raad vastgestelde
verordening niet voor goedkeuring in aanmerking komt.
De Staatssecretaris is van mening dat de verordening de zondagsrust
niet voldoende beschermt.
Op grond van de verordening kan op zon- en feestdagen aan winkels
of bedrijven die watersportartikelen en scheepsbenodigdheden verkopen,
ontheffing van de bepalingen van de Winkelsluitingswet worden
verleend tussen 09.00 en 20.00 uur gedurende het tijdvak van 1
maart tot 1 oktober van ieder jaar.
Dat betekent dat bedoelde winkels gedurende 11 uur geopend mogen
zijn op deze dagen. De Staatssecretaris acht dat in strijd met
het door hem gevoerde beleid voorzover het de handhaving van de
zondagsrust betreft.
Wanneer een maximum aantal van 7 openingsuren in de verordening
zou worden opgenomen (artikel 1, letter a) is de Staatssecretaris
bereid goedkeuring te verlenen.
Het rijksbeleid ten aanzien van de openstelling van dit soort
winkels of bedrijven is kennelijk veranderd omdat nog in 1981 goedkeu
ring werd verleend voor een gelijkluidende verordening van de voor
malige gemeente Idaarderadeel
Nu de verordening zonder goedkeuring niet in werking kan treden,
stellen wij uw raad voor de verordening te wijzigen overeenkomstig
de door de Staatssecretaris gestelde grens.
De opvatting van de Staatssecretaris dat ook artikel 2 van de verorde
ning moet worden aangevuld met een zinsnede "tot een maximum van
7 openingsuren" is onbegrijpelijk.
Artikel 2, letter a, maakt slechts een maximum aantal openingsuren
van 6 mogelijk.
Wij stellen u voor deze opmerking van de Staatssecretaris voor
kennisgeving aan te nemen.
Burgemeester en wethouders der gemeente Boarnsterhim,
de secretaris, de burgemeester,
P.H. Starreveld. B.G. Holtrop.