.<grn^>; 11. Voorstel tot vaststelling van vier voorbereidingsbesluiten op grond van artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. GEMEENTE BOARNSTERHIM Aan de gemeenteraad. Grouw, 10 januari 1986. Bij ons zijn onder meer ingekomen de volgende aanvragen om vergunning voor 1. het wijzigen en uitbreiden van het woonhuis op perceel Friesmawei 37 te Idaard; 2. het oprichten van een woonhuis met schaapskooi op het perceel Leppedyk 5 onder Akkrum; 3. het plaatsen van een garage/berging op het perceel De Túntsjes 26 te Akkrum; 4. het veranderen van een pergola in een berging op het perceel G.S. Ruiterstrjitte 22 te Akkrum. De voorschriften van het uit 1943 daterende Uitbreidingsplan Idaard zijn van toepassing op het bouwplan onder 1. Het behoeft nauwelijks betoog dat de normen in een dergelijk "belegen" plan voor het oprich ten van bijgebouwen verre van toereikend zijn om daarbinnen een bijgebouw op te kunnen richten, dat voldoet aan de hedentendage te stellen eisen voor wat betreft bewoonbaar- en bruikbaarheid. Het bouwplan wijkt af van de in de voorschriften gestelde maten. Formeel moet dan ook de vergunning worden geweigerd. Omdat wij het bouwplan alleszins aanvaardbaar vinden en dit plan leidt tot verhoging van het woongerief, hebben wij het plan getoetst aan de in voorbereiding zijnde regeling voor erfbebouwing. Binnen de in deze regeling opgenomen normen is het mogelijk het bouwplan te realiseren. Wij zijn gelet op het vorenstaande voornemens de gevraagde vergunning te verlenen door het volgen van een "artikel-19-procedure" Op bouwplan 2 zijn van toepassing de voorschriften behorende bij het nog geldende "Uitbreidingsplan in Hoofdzaak"volgens welke voorschriften het betreffende perceel uitsluitend mag worden bebouwd met agrarische bebouwing (inclusief een bedrijfswoning). Het bouwplan voorziet niet in de oprichting van agrarische bebouwing, doch in de oprichting van woonbebouwing. Daarbij zal de huidige opstal worden afgebroken. De huidige opstal wordt al sedert 1980 niet meer als agrarisch bedrijf gebruikt, maar als woning. Bij het pand is nog slechts ongeveer een hectare grond (erf en wegbermen) aanwezig, zodat de agrarische functie geheel als vervallen moet worden beschouwd. Het legaliseren van de ontstane woonbestemming stuit bij ons niet op bezwaren en wij zijn dan ook voornemens de gevraagde vergunning te verlenen middels een "artikel-19-procedure"

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1986 | | pagina 52