W
21Voorstel tot het toestaan van
taakuitbreiding van het hoofd
van de openbare bibliotheek
Boarnsterhim.
GEMEENTE BOARNSTERHIM
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 10 januari 1986.
In verband met bezuinigingen in het verleden op de rijksbijdrage
in de personeelskosten is de personeelsbezetting van het openbaar
bibliotheekwerk in Boarnsterhim ingekrompen. Ook heeft er een her
structurering plaatsgevonden bij de Centrale Bibliotheekdienst
die leidde tot een taakverzwaring van het bibliotheekhoofd. Deze
taakverzwaring bestaat uit:
- verschuiving van de taken van de rayondirecteur naar het biblio
theekhoofd; dit zijn specifieke taken, die niet door andere medewer
kers kunnen worden verricht;
- het notuleren van commissievergaderingen, het begeleiden,informeren
en- instrueren van filiaalhoofden via gestructureerd werkoverleg,
het opstellen van het jaarverslag, werven en selectie van personeel
het beheer van de gebouwen, het volgen van een bijscholingsprogram
ma en het onderhouden van externe contacten.
Met het bovenstaande is gemiddeld 3 uur in de week gemoeid. In
1982 is bij de aanstelling van de huidige functionaris het aantal
uren teruggebracht van 32 naar 24 uur zonder dat daar een evenredige
vermindering van werkzaamheden tegenover stond. Dit heeft als gevolg
dat het bibliotheekhoofd gemiddeld 5 overuren per week maakt.
Mede door het bovenstaande doen zich de volgende knelpunten voor:
- het bibliotheekhoofd heeft te weinig uren om haar taken uit te
kunnen voeren op het gewenste niveauhet dienstverband zou 32
in plaats van 24 moeten zijn;
- in de personeelsvoorziening zijn 14 uur in het kader van de werkver-
ruimende maatregel opgenomen; deze maatregel loopt ten einde
en hierdoor komt de continuïteit in gevaar;
- ook de huisvesting van de bibliotheken vormt een knelpunt.
Eén en ander was aanleiding om na te gaan hoe het staat met het
rendement van verschillende objecten.
Nu de bibliotheekwet een aflopende zaak is, het is namelijk de be
doeling dat het bibliotheekwerk wordt opgenomen in de brede Welzijns
wet, lijkt het de commissie gerechtvaardigd een ander uitgangspunt
te kiezen, waarbij het rendement van de voorziening medebepalend
is voor de collectieomvang.