-6- Inkomsten^ 1Huren en pachten. Van het ramingsbedrag 1986 heeft bijna 400.000,betrek king op huren die niet kunnen worden aangepast. Op het resterende bedrag is een jaarlijkse huurverhoging van 3.500,berekend (3%). 2. Goederen en diensten. Het betreft in hoofdzaak de aan de bedrijven (Gasbedrijf, Grondbedrijf en Sporthal/Zwembad) in rekening gebrachte loonkosten. Deze post houdt daarom gelijke tred met de salariskosten. Omdat ook salarisherzieningen niet zijn doorberekend, is ook deze raming ongemoeid gelaten. 3. Overdrachten De grootste posten van dit onderdeel worden gevormd door: rijksaandeel in kosten sociale voorzieningen etc. 13.314.450,— rijksbijdragen ten behoeve van woningbouw 2.060.147, bijdragen ten behoeve van stads- en dorps vernieuwing 1.065.536, Wijziging van deze ramingen heeft aanpassing van de uitga venramingen tot gevolg. Zoals bij de betreffende uitgaven posten reeds is opgemerkt, is deze raming daarom ongewijzigd gelaten. 4. Algemene uitkering uit het gemeentefonds. Verwezen wordt naar de berekening opgenomen onder bijlage II. De daarbij gehanteerde uitkeringspercentages zijn onttrokken aan het in de zogenaamde juni-circulaire gegeven meerjaren-perspectief met betrekking tot de uitkeringen uit het gemeentefonds. 5. Onderwij suitkering Op 1 augustus 1985 is de Wet op het Basisonderwijs in werking getreden en is de financiële verhouding met betrek king tot het basisonderwijs vastgelegd in een zogenaamd Bekostigingsbesluit W.B.0./0.W.B.0. Als gevolg van deze wijziging is het onderwijstekort aanzienlijk verminderd. Verwacht mag worden dat de activiteiten oo dit beleidsvlak in de toekomst budgettair neutraal zullen kunnen worden afgewikkeld. Verder is er van uitgegaan dat het gereserveerde bedrag ad 280.000,voldoende is om de kosten van onderhoud en vervanging te dekken.

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1986 | | pagina 17