-4- Het is niet ondenkbaar dat rijk en provincie veelvuldig de mogelijkheid zullen aangrijpen het advies van de regio over bepaalde aangelegenheden te vragen. Bij het niet opnemen van de hier bedoelde taakstelling in de gemeenschappelijke regeling is het niet denkbeeldig, dat de adviesfunctie zal gaan worden vervuld middels een portefeuillehoudersoverleg, dat dan weer niet gestructureerd is geregeld. Alles overziende zijn wij voorstander van opname van de coördinerende taakstelling in de gemeenschappelijke regeling, zoals deze in het ontwerp is omschreven. Voor het overige spreekt de ontwerp-regeling met daarbij behorende toelichting naar ons gevoelen voor zichzelf en behoeven deze stukken geen nadere toelichting. Duidelijk dient wel te worden gesteld, dat in dit stadium op een aantal punten niet verder wordt ingegaan, waarbij onder andere genoemd kunnen worden de organisatie van de D.G.D., het secretariaat, de indicatiecommissie, alsmede de begrotingen. Deze onderwerpen komen in een latere fase aan de orde, thans gaat het om het polsen van de meningen omtrent het voorliggende concept van een gemeenschappelijke regeling. Tenslotte komen wij nog even terug op de onderwerpen genoemd onder punt 3 in het begin van dit voorstel. In de integratiecommissie zijn een tweetal onderwerpen aan de orde geweest die op termijn om een beslissing vragen. Het betreft hier: A. de fractievorming; B. de omvang van de samenstelling van regioraad en dagelijks bestuur. De regio Noordoost kent in het algemeen bestuur gemeentelijke fracties, de regio Noord daarentegen politieke en een gemeentelijke fractie. De fractievorming is naar het oordeel van de eerder in dit voorstel genoemde dagelijkse besturen een eigen aangelegenheid van de toekomstige regioraad. Desondanks komt het ons gewenst voor, dat iedere gemeente een standpunt inneemt, op dat de gemeentelijke vertegenwoordigers te zijner tijd dat standpunt kunnen vertolken. Onze voorkeur gaat in deze uit naar de vorming van gemeentelijke fracties. In de ontwerp-regeling (artikel 34) is gekozen voor een regioraad van 61 leden, terwijl het dagelijks bestuur op grond van artikel 45 van genoemde regeling zal bestaan uit 15 leden. 0001V 10

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1987 | | pagina 20