-19- De fractie van de P.v.d.A. heeft zich daarbij met name nog gericht op hoe de verhouding is tussen enerzijds het gemeentebestuur en anderzijds de ambtenaren en de burgers. Ook naar de burger toe is sprake van een goede dienstverlening binnen de mogelijkheden die er zijn in een gemeente met een groot oppervlak. Het college heeft de indruk dat de burger het op prijs stelt dat een goed contact mogelijk is en dat men niet voor elk wissewasje naar het gemeentekantoor in Grouw hoeft. Ook het directe contact tussen gemeentewerken en de plaatselijke belangen dat dit jaar op gang is gekomen is daarbij van grote betekenis. Het contact met het ambtelijk apparaat waarover is gesproken moet inderdaad altijd een wisselwerking inhouden. Dat zal moeten leren en het is geen kwestie van één of twee jaar als je 3 gemeenten met elk een eigen cultuur samenvoegt. Het vraagt de nodige tijd voordat de nieuwe werkwijze gevonden en de nieuwe lijnen gelegd zijn, zodat dan het grootst mogelijk effect bereikt is. Dat is één van de zaken die ook bij de reorganisatie van het ambtelijk apparaat aan de orde zal komen. Het is dan ook verheugend dat de ambtenarenorganisaties zich hebben uitgsproken ten gunste van het voorstel tot reorganisatie, zoals dat door het college is gedaan. Wanneer er door de fractie van de P.v.d.A. op gewezen wordt dat de mensen van de buitendienst zich zozeer bij het gemeentelijk gebeuren betrokken voelen dat zij met eigen voorstellen komen, dan is ook dat een signaal dat het proces van een goede wisselwerking zo langzamerhand gestalte gaat krijgen. Het is bijzonder moeilijk te reageren op de algemene beschouwing van de F.N.P., als je er vanuit gaat dat het vandaag gaat om algemene beschouwingen voor de gemeenteraad van Boarnsterhim. De punten die de F.N.P. op tafel legt zijn ongetwijfeld niet van geringe betekenis maar hij vraagt zich af of deze beschouwingen niet meer thuis horen in de zaal van Provinciale Staten dan in de raadzaal van de gemeente Boarnsterhim. Het is bovendien niet plezierig dat wel de pers de algemene beschouwing mee kan lezen en het college maar moet aanhoren. Dan schrijf je blijkbaar meer voor de krant dan voor de raadsleden en dan wordt het een verkiezingsachtig gebeuren. De F.N.P. weet wel wat deze raad met het fries doet, welke belangen en belangstelling er binnen deze gemeente leven en leeft. Daar kun je uiteraard verschillend over denken, maar toch had de F.N.P. dat wel eens wat positiever kunnen benaderen door te zeggen dat het ook een nul zou kunnen zijn terwijl het nu een vier of vijf is. En als je een zeven wilt halen dan kun je met een vijf al min of meer gelukkig zijn. Niemand zal staande kunnen houden dat er hier geen belangstelling voor de friese zaak is, zij het dan dat de wegingen wat anders verlopen en dat het de taak van de F.N.P. is om de anderen daarvan te doordringen. Dat recht wil niemand de F.N.P. ontzeggen. De F.N.P. moet dan wel trachten het wat binnen de gemeentelijke sferen te houden. De rest van de kwesties die door de verschillende fracties zijn aangesneden kan meer concreet behandeld worden bij de memorie van antwoord. Tot slot nog de motie van de P.v.d.A. over het onderwijs. Ook het college is van mening dat wat nu gebeurt hoogst ongelukkig is. Het is een beperking van de ontwikkelingsmogelijkheden van de kinderen. 0004V 19

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1987 | | pagina 22