- 7 - Als argumenten voor dit bezwaar zijn aangevoerd: a. de verkeersoplossing -de rotonde- van de aansluiting van de Burstumerdyk op de Stationsweg nabij de Tjallinga is niet gedetailleerd terug te vinden op de plankaart; b. er wordt voorbijgegaan aan de intentie van de gemeenteraad van 15 maart 1988 terzake een adequate behartiging van belangen van de inwoners van Grouw; c. er is gekozen voor een minimumpositie bij het aangeven van oplossingen van geluidhinder. Naar aanleiding van dit bezwaar merken wij op, dat in het bestemmingsplan, na inspraak en overleg met de vierde afdeling, uit uw midden in planologisch opzicht ruimte is opgenomen om de aansluiting van het te wijzigen tracé van de Burstumerdyk op de Stationsweg ter hoogte van de huidige kruising met de Tjallinga, in de vorm van een verkeersveilige rotonde mogelijk te maken. Deze ruimte is weergegeven als "verkeersdoeleinden" en is gesitueerd zoveel mogelijk aan de noordwestzijde van de bestaande kruising Stationsweg - Tjallinga - Oedsmawei. Aan de uitwerking van de gewenste verkeersoplossing wordt momenteel druk gewerkt. Ook zullen de effecten voor de verkeersveiligheid, de bruikbaarheid en het verkeerslawaai worden onderzocht en onderling worden gewogen. Het spreekt voor zich, dat bij dit het deel van de planontwikkeling overleg met omwonenden plaats zal vinden. In dat kader ook is toegezegd de bewoners via hun contactpersoon te zullen informeren. Zodra er enige duidelijkheid is over de uitwerking van de gekozen aansluitingsvorm en de effecten ervan op genoemde aspecten, zullen wij de toezegging ten uitvoer leggen. In procedureel opzicht vormt de uitwerking naar een concrete invulling van de bestemming "verkeersdoeleinden" geen belemmering voor vaststelling van het bestemmingsplan. De op 15 maart 1988 uitgesproken intentie van uw raad, zijnde een oproep aan ons college om behoedzaam om te gaan met de inpassing van te treffen akoestische maatregelen in de overdrachtssfeer, hebben wij in het uiteindelijke en thans voorliggende ontwerp-plan verwerkt. In het ontwerp is in de toelichting op bladzijde 29 (hoofdstuk VI - overleg en inspraak), heel exact aangegeven hoe aan de intentie is vorm gegeven. In artikel 3.B.8 van de voorschriften is aan de intentie zodanig gestalte gegeven, dat concrete uitvoeringsplannen aan de intentie van uw raad kunnen worden getoetst. De minimumpositie als bedoeld door de indieners van dit bezwaarschrift, betekent dat uitsluitend is gezorgd voor het wegnemen van die toename van verkeerslawaai op gevels van woningen, welke uitgaat boven de wettelijke norm van 50 dB(A). In dit concrete geval is daarvoor nodig het wegnemen van 1 dB(A) geluidbelasting op de geval van de woningen Tjallinga 1 en 3 te Grouw. Een verdergaande beperking van de toename van verkeerslawaai bij de woningen aan de Tjallinga, de Allingawier en de Hoxma, zelfs tot een niveau beneden de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A), is wettelijk niet vereist en druist voor wat betreft de planologische inpassing van de daarvoor noodzakelijke voorzieningen in tegen de gekozen beleidsuitgangspunten zoals deze na herhaald overleg met uw raad in het bestuurlijk overleg tussen rijk, provincie en gemeente zijn ingebracht en de basis hebben gevormd voor het ontwikkelen van voorliggend plan. 0036V 22

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1988 | | pagina 50