-2- 1. de toename van de vraag naar - en het achterblijvend aanbod van recreactie - objecten; 2. de intensivering en optimalisering van het gebruik van het huurperceel als recreatie-object (de aard van het gebruik bepaalt mede de hoogte van de huurprijs); 3. de huurprijs van vergelijkbare recreatie-objecten; 4. de laatste huurprijsherziening per 1 januari 1977; 5. de uitbreiding van het gehuurde. De huurprijs, die de Inspecteur der Domeinen van ons vroeg kon naar de mening van de Staatssecretaris redelijke en billijk en zeker niet te hoog worden genoemd. Doch anderzijds oordeel hij onze verbazing over de plotselinge verhoging alleszins begrijpelijk. Onze gemeente zou niet op het verzoek van de Inspecteur om mee te werken aan ontbinding van de "oude" huurovereenkomst zijn ingegaan, als zij had geweten dat de huurprijs in de nieuwe overeenkomst zou worden verhoogd; immers, de ontbonden huurovereenkomst zou weliswaar op 31 december 1987 eindigen, maar liet geen huurverhoging meer toe. In dit licht bezien verklaarde de Staatssecretaris zich bereid de huurprijs op het oude niveau te handhaven tot en met 31 december 1987, dat is de datum waarop de met onze gemeente gesloten "oude" overeenkomst zou zijn geëindigd. De per 1 januari 1988 geldende huurprijs diende echter overeenkomstig het daaromtrent in de door onze gemeente aanvaarde, op de verhuring van toepassing zijnde Algemene Voorwaarden in onderling overleg te worden bepaald, en zo er geen overeenstemming werd bereikt, bindend te worden vastgesteld door drie niet-ambtelijke deskundigen. Op 1 december 1987 werd vervolgens een brief ontvangen van de Inspecteur der Domeinen, waarbij werd voorgesteld de huurprijs voor de oppervlakte Sneekermeer (groot circa 7.85.75 ha.) met ingang van 1 januari 1988 vast te stellen op 5.030,per jaar. Wij besloten hiermee niet accoord te gaan en gelden in overleg met de Inspecteur de materie voor aan drie niet-ambtelijke deskundigen. Hieruit resulteerde een taxatierapport, waarin de huurwaarde van het perceel werd vastgesteld op 4.793,per jaar. Aangezien ons thans geen middelen meer ten dienste staan de huur verder te verlagen, zullen wij ons neer moeten leggen bij de in het deskundigenrapport vervatte uitkomst. Wij stellen u derhalve voor een huurovereenkomst aan te gaan met de Dienst der Domeinen conform het voor u bij de raadsstukken ter inzage liggende ontwerp-huurcontract. Burgemeester en wethouders der gemeente Boarnsterhim, de secretaris, cle burgemeester, P.H. Starreveld. B.G. Holtrop. 0038V 33

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1988 | | pagina 58