GEMEENTE BOARNSTERHIM
9. Voorstel tot fusering/overdracht
van het gemeentelijk gasbedrijf
met/aan de N.V. Frigem.
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 30 september 1988.
In het kader van de reorganisatie van de energie-distributie, heeft
u in uw vergadering van 17 februari 1987 besloten de fusie te
bewerkstelligen tussen het gemeentelijk gasbedrijf en de
gasbedrijven van de gemeenten Heerenveen, Ooststellingwerf,
Opsterland en Weststellingwerf.
Door het afhaken van de gemeente Heerenveen is het ons helaas niet
gelukt aan dit besluit uitvoering te geven.
Doel van de vorenbedoelde fusie was de gassector zo dicht mogelijk
bij de gebruikers te houden en de bestaande werkgelegenheid te
handhaven. Met de bedrijven van de resterende gemeenten was deze
wens niet meer te realiseren, omdat niet meer kon worden voldaan aan
de gestelde norm van 50.000 aansluitingen.
Om deze doelstelling toch te kunnen verwezenlijken, hebben de
overgebleven leden van de Stuurgroep Reorganisatie Gasbedrijven
Zuid-Oost Friesland, terzake besprekingen geopend met de N.V. Frigem
te Leeuwarden.
Deze besprekingen hebben ertoe geleid, dat er thans overeenstemming
is bereikt over een model, waarbij een moederbedrijf, N.V. Frigem
en twee zelfstandige "regio-dochters voor Zuid-Oost-Friesland en
Noord-West-Friesland, worden gevormd.
Bij de ter inzage liggende stukken is dit model nader uitgewerkt en
zijn de belangrijkste voorwaarden aangegeven.
Het overeengekomen model is alleen te realiseren als de
N.V.-rechtsvorm wordt gekozen.
De motieven die ten grondslag lagen aan het aanvankelijke besluit
van de bedrijven in Zuid-Oost Friesland, zijn hiermee duidelijk
afgezwakt.
Wel maken de deelnemende gemeenten deel uit van de raad van
commissarissen van de N.V. Frigem; zo levert de gemeente
Boarnsterhim één van de in totaal vijftien commissarissen. En één
van de totaal 4 commissarissen van de dochter.
Voor de berekening van de overname-som zijn de navolgende
uitgangspunten vastgelegd:
a. boekwaarde activa;
b. 10 x verschil tussen winstuitkering over 1986 en een genormeerd
bedrag voor de winstverwachting na fusie;
c. 10 x het bedrag van het financieringsverlies;
d. 10 x het bedrag van het verwachte efficiëncy-voordeel.
0041V 23
