w ppi GEMEENTE BOARNSTERHIM 7. Voorstel inzake delegatie van de bevoegdheid tot het voeren van rechtsgedingen met betrekking tot geldvorderingen. Aan de gemeenteraad. Grou, 1 september 1989. Bij betalingsachterstanden tracht de kassier van de gemeente door middel van een aanmaningsprocedure de openstaande vorderingen zoveel mogelijk betaald te krijgen. Meestal gelukt dit. Soms echter moet de vordering in handen worden gesteld van een gerechtsdeurwaarder. Wordt de vordering dan nog niet betaald, dan dient de vordering te worden gedeponeerd bij de rechtbank. Het besluit tot het voeren van rechtsgedingen behoort op grond van artikel 177 van de Gemeentewet tot de competentie van uw raad. In uw besluit van 20 maart 1984 is ten aanzien van de vorderingen van het gasbedrijf deze bevoegdheid aan ons college gedelegeerd. In het inmiddels aangescherpte incasso-beleid is het, om in voorkomende gevallen alert te kunnen reageren, gewenst deze delegatie op alle vorderingen van toepassing te doen zijn. De bevoegdheid tot delegatie steunt op artikel 212 van de Gemeentewet. Het delegatiebesluit kan beperkende bepalingen bevatten. In verband met dit laatste lijkt het ons gewenst, dat de delegatie zich beperkt tot vorderingen tot een bedrag van 10.000, Gelet op het bovenstaande stellen wij u dan ook voor de bevoegdheid tot het voeren van rechtsgedingen te delegeren aan het college van burgemeester en wethouders, dit voor wat betreft vorderingen beneden het bedrag van 10.000, Burgemeester en wethouders der gemeente Boarnsterhim, de secretaris, de burgemeester, P.H. Starreveld. B.G. Holtrop. 0067V

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1989 | | pagina 45