-7-
De bewoners aan de Rijksstraatweg zijn al in een vroeg stadium bij de
plannen betrokkenterwijl de "westbewoners" pas in een en ander zijn
gekend, toen alles al in "kannen en kruiken" was.
De Nota Verkeersproblematiek Irnsum is op 29 november 1988 door het
College in de openbaarheid gebracht; tussentijds is het bestuur van
"Plaatselijk Belang" vertrouwelijk ingelicht.
Tot 1 februari 1989 heeft de gemeente steeds beweerd dat de door de
provincie toegezegde subsidie e.d. f 835.000- - alleen bestemd was voor
de aanleg van een westelijke randweg.
Alle berekeningen die zijn gemaakt, waren gericht op de verbetering van
de verkeerssituatie in Jirnsum. Dit gold zowel voor berekeningen met
betrekking tot de oostelijke, de westelijke als voor berekeningen over de
middenvariant. De gemeente heeft hierbij niet alleen rekening gehouden
met nieuwe verkeersoplossingen voor (doorgaande) auto's, maar ook met een
doeltreffende herinrichting van de kom.
De provincie heeft nooit een bijdrage toegezegd voor specifiek een
bepaalde oplossing, maar voor een oplossing waarvoor op korte termijn een
sluitende financiering was op te stellen.
De "westbewoners" zi jn niet in de gelegenheid gesteld om commentaar te
geven op de door hen op 13 februari 1989 aan de raadsleden overgelegde
begrotingen en berekeningen.
De "westbewoners" zijn bij herhaling in de gelegenheid geweest om stukken
uit te reiken en deze toe te lichten (inspraak-avonden en vergadering 4e
afdeling)De raadsvergadering is niet de gelegenheid waarop nogmaals
uitgebreid gediscussieerd kan worden buiten de orde van de vergadering.
De mogelijkheden om tot aanleg van een oosteli jke randweg te komen zi jn
onvoldoende onderzochtdit wordt onderstreept door een opmerking van de
directeur Gemeentewerken, namelijk: "Als wij technici een week lang in
een kamer werden opgesloten, dan was de oostelijke randweg een feit".
Deze opmerking van de heer Van Gorkum is uit zijn verband gehaald. Alle
mogelijkheden zijn uitputtend onderzocht.
Al met al vindt men' dat het aan een redelijke afweging van de betrokken
belangen heeft ontbroken.
Opgemerkt kan worden dat in de Nota Verkeersproblematiek Irnsum zowel
gekeken is naar de haalbaarheid van de oost-, west- als middenvariant. In
de reactie-nota is de belangenafweging op diverse aspecten nader
uitgewerkt. Er heeft dus wel degelijk een goede afweging plaatsgevonden.
Wel kan geconstateerd worden dat de uiteindelijke keuze tussen de oost
en westvariant in belangrijke mate is bepaald door de beschikbare
financiële middelen. Dit is logisch omdat de uitvoerbaarheid hiermee in
het geding is.
