- 15 - Wij hebben dan ook al eerder gesteld dat deze elementen van het model A+ in het kader van een verdere recreatieve ontwikkeling van de Suderburd, bespreekbaar moeten blijven. Wij hebben bij de leden van de afdeling enige onzekerheid geproefd over de noodzaak van een natuurontwikkeling op de Noarderburd en de (financiële) haalbaarheid van het recreatief medegebruik op de Suderburd. Het maken van natuurgebied in de Noorderburd past uitstekend in de diverse beleidsnota's van het Rijk en de Provincie. In het onderhavige voorstel en de daarbijbehorende notities wordt de wenselijkheid van de wijziging van het gebied tot natuurgebied verder tot uitdrukking gebracht. Ten aanzien van de ontwikkeling van het recreatief medegebruik van de Suderburd merken wij op dat wij reeds met onderhandelingen zijn begonnen om te kunnen komen tot een combinatie van zandwinning met het creëeren van meer waterareaal. Indien dit leidt tot meer concrete plannen dan zullen wij deze voorleggen aan de vierde afdeling. In de ontwikkeling van deze plannen zullen wij de Marrekrite, LNO en de provincie betrekken. Temeer, daar uit deze hoek al aanvullende financiële middelen zijn toegezegd voor de inrichting van het gebied. Hierbij wordt gedacht aan aanleg plaatsen, steigers e.d. Verder zullen wij bij de verdere planuitwerking van de Burd, aandacht vragen voor een alternatieve vaarroute door de Noarderburd. Het spreekt voor zich dat één en ander financieel haalbaar zal moeten zijn. In bestuurlijk overleg met Gedeputeerde Staten heeft dit college ons toegezegd dat er bestuurlijke afspraken en overeenkomsten met de toekomstige beheerder, It Fryske Gea, zullen worden gemaakt over de mogelijkheid tot ontwikkeling van de door ons voorgestane recreatie op de Suderburd. Er zijn geen redenen aanwezig om aan deze afspraak te twijfelen. Daarnaast is in bestuurlijk overleg tussen ons en Gedeputeerde Staten door de laatsten toegezegd dat dagrecreatie langs de randen van de Noarderburd bespreekbaar is. Het spreekt voor zich dat ook dit aspect in de planuitwerking aan de orde zal komen. Enige twijfel heerste er bij een gedeelte van de aanwezigen omtrent de praktische realiseerbaarheid van de aankoop van de gronden, het tempo ervan en de mogelijkheid tot het ontwikkelen van recreatie op de Suderburd indien dit gebied definitief tot relatienotagebied wordt begrenst. De aankoop van de gronden, in het kader van de aanwijzing tot relatienotagebied, is in eerste aanleg een zaak van de provincie. Wij hebben echter de stellige overtuiging, hetgeen ons bestuurlijk van rijks- en provinciewege is toegezegd, dat de aanwijzing met voortvarendheid ter hand zal worden genomen en hoge prioriteit heeft. Als laatste gaan wij nog in op de vragen die gesteld zijn omtrent de toekomstige functie en het gebruik van de pont. Wij stellen ons voor dat in de overgangsperiode, waarin redelijkerwijs tot aankoop van de agrarische bedrijven kan worden overgegaan, de huidige pontverbinding gehandhaafd blijft. Dit is overigens conform eerder gedane toezeggingen. 0865R

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1992 | | pagina 58