- 15 -
De hear G. Bouma sjocht dit útstel net oars as it jaan fan foech
oan it kolleezje dat ús betrouwen hat om dat te dwaan wat de
ried wol.
De hear Van der Baan seit dat hy op dit stuit folslein net wit
wat it kolleezje fan doel is en hy wol dat earst wol witte
foardat hy foarstimme sil.
De voorzitter zegt dat het college het voorstel aanhoudt, al
vindt hij wel dat de raad teveel gewicht aan dit voorstel toe
kent.
Aan het eind van de agenda gekomen zegt de voorzitter:
Dit is de laatste raadsvergadering van mevrouw Zijlstra. Per 1
april zal zij de raad verlaten. Ik zie daarin aanleiding bij
haar raadsperiode stil te staan. Sinds 1 januari 1984, bij het
aantreden van de nieuw gevormde gemeente Boarnsterhim werd u lid
van deze raad voor de fractie van de P.v.d.A. bewoog zich veel
op het gebied van de welzijnssector en de culturele aangelegenhe
den. U was lid van de 3e afdeling, lid van het bestuur van de
muziekschool Sneek, lid van de bibliotheekcommissie, plaatsver
vangend lid van het algemeen bestuur van de ASG Zuidoost Fries
land, lid van de sportraad en lid van de comnmissie voor het
G.0. U verlaat de raad in verband met uw nieuwe functie van
coördinator bij het maatschappelijk welzijn geestelijk gehandi
capten Friesland, een instelling die in Leeuwarden is gevestigd.
Het uitgangspunt voor een raadslid is mijns inziens altijd ge
weest het combineren met een dagtaak om op die wijze daadwerke
lijk contact te houden met het maatschappelijk leven. Ik vind
dat een goed uitgangspunt en in dat opzicht is het jammer dat uw
nieuwe functie zoveel beslag gaat leggen op uw tijd dat het goed
inhoud geven aan uw raadswerk niet meer mogelijk is.
Het raadswerk vraagt veel tijd; de dubbelrol van de raad, sturen
op hoofdlijnen enerzijds en aandacht voor de individuele belan
gen, daartoe uitgenodigd door de kiezer anderzijds is de laatste
jaren verscherpt. Op terreinen waar het individueel belang moet
wijken voor het algemeen belang is het niet altijd gemakkelijk
een beslissing te nemen. Wij hebben u meer dan eens zien worste
len met de krachten van de kleinschaligheid van onze samenleving
en de persoonlijke bekendheid van de mensen enerzijds en die van
het meer afstandelijke en onpersoonlijke algemene belang. Maar
ik hoef u niet te vertellen dat je geen eierkoek kunt bakken zon
der een ei te breken en dat wordt wel van een raadslid verwacht.
Een enkel raadslid heeft geen beslissende betekenis. Een raads
lid ontleent zijn of haar macht en kracht aan het geheel van de
raad. In enkele gevallen is echter wel de invloed van een enkel
raadslid herkenbaar als van doorslaggevende betekenis. Dat geldt
uiteraard niet alleen voor de raad maar voor ieder lid van een
algemeen politiek orgaan.
Zo is bekend dat de leerplichtwet in 1900 in het parlement met
50 tegen 49 stemmen werd aangenomen omdat het 100ste lid, graaf
Schimmelpenninck daags voor de stemming door zijn paard uit het
zadel was geworpen en om die reden niet in staat was de stemming
mee te maken. En hij zou hebben tegengestemd. Van die gebeurte
nis werd later gezegd dat het paard hier verstandiger was dan
zijn berijder. In december 1990 hadden wij in deze gemeente een
vergelijkbare beslissing.
NOTULEN.MRT/H/15