- 2 - Dit houdt in, dat afgezien van de beleidslijn die wellicht zal worden gehanteerd in het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied, het geldende bestemmingsplan Buitengebied de heer Snoek de mogelijkheid biedt, en wel in artikel 23, om van zijn huidige agrarische bedrijf een bijzonder agrarisch bedrijf te maken. Dus niet 50%-50%, maar hij kan voor 100% zijn agrarisch bedrijf veranderen in een intensieve veehou derij Het geldende bestemmingsplan biedt dus de mogelijkheid tot vestiging van bijzondere agrarische bedrijven. In de concept-beleidsuitgangspunten voor het nieuwe bestemmingsplan voor het buitengebied wordt omtrent de vestiging van niet-grond- gebonden veehouderijen, de zogenaamde intensieve bedrijven, het vol gende opgemerkt. De vestiging van geheel nieuwe niet-grondgebonden agrarische bedrijven is niet mogelijk. Een uitzondering wordt gemaakt voor het omschakelen van een grond gebonden naar een niet-grondgebonden agrarisch bedrijf en voor het verplaatsen van een niet-grondgebonden agrarisch bedrijf in het ka der van een ruilverkaveling en herinrichting of in het geval van probleemsituaties. Deze bedrijven mogen alleen gesitueerd wor den/zijn in de bestemming agrarisch gebied op een afstand van meer dan 200 mtr. van geconcentreerde woonbebouwing. In feite wordt hiermee zorg gedragen voor de in de gemeente werkzame agrariërs door hun de mogelijkheid te bieden om, bij teruggang van de extensie ve veehouderij, een tweede tak in het bedrijf te kunnen beginnen. Het onderhavige verzoek past uitstekend in deze concept-beleidsuit gangspunten. Punt 2. In de voor verzuring gevoelige gebieden en in bufferzones langs stank- gevoelige bebouwing en functies (randen van dorpskernen en dag- en verblijfsrecreatieve centra) wordt een procedurele koppeling met de Hinderwet aanbevolen ten aanzien van: - toetsing op basis van de Ecologische richtlijn "Ammoniak en Veehou derij" - toetsing op basis van de brochure Veehouderij en Hinderwet. Naar de mening van de directeur Landbouw, Natuur en Openluchtrecre atie in de provincie Friesland van 13 december 1991, is de pluimvee stal niet gelegen op voor verzuring gevoelige grond. De ammoniakemissie naar het naastliggende natuurgebied op 300 meter afstand ligt het Bokkumermeer)zal enigszins toenemen maar de gevolgen hiervan acht hij echter van zodanige aard dat hij tegen de voorgenomen uitbreiding geen overwegende bezwaren heeft. Met inachtname van de Structuurvisie Akkrum-Oost/Nes, die voorziet in woningbouw westelijk van de Nesser Zijlroede, is de afstand van deze geplande woningbouw tot de geplande pluimveestal plusminus 1 km. Dit is meer dan de plusminus 200 300 m afstand tot de dichtst bijzijnde woningbouw die is vereist op grond van de brochure Veehoude rij en Hinderwet. Daarnaast kan worden opgemerkt dat op 25 februari 1992 de definitie ve Hinderwetvergunning is gepubliceerd, en dat deze na 25 maart 1992 onherroepelijk zal worden aangezien er tijdens de procedure geen be -vaarschriften zijn ontvangen. Van 24 december 1991 tot 13 januari 1992 heeft het vrijstellingsver- zoek annex verzoek om bouwvergunning ter visie gelegen. Binnen deze termijn zijn geen bezwaarschriften ontvangen. ALSNOEK.VRjRO.2

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1992 | | pagina 45