GEMEENTE BOARNSTERHIM
10. Voorstel tot het vaststel
len van een verklaring op
grond van artikel 74 van de
Wet geluidhinder.
Aan de gemeenteraad.
Grou, 4 december 1992.
In artikel 74 van de Wet Geluidhinder is bepaald dat zich aan weers
zijden van iedere weg een zone bevindt. Zoals uit de in bijlage 1
weergegeven wetstekst blijkt, is de breedte van de zone afhankelijk
van het aantal rijstroken, de verkeersintensiteit en de omstandigheid
of de betrokken weg binnen of buiten een stedelijk gebied ligt.
Binnenstedelijk en buitenstedelijk gebied zijn in de Wet geluidhinder
als volgt gedefinieerd.
Buitenstedelijk gebied: het gebied buiten de bebouwde kom alsmede,
voor de toepassing van hoofdstuk VI, het gebied binnen de bebouwde
kom, voor zover liggend binnen de zone langs een weg waarop voor mo
torvoertuigen een hogere maximumsnelheid dan 50 km per uur geldt.
Stedelijk gebied: het gebied binnen de bebouwde kom, doch, voor de
toepassing van hoofdstuk VI, met uitzondering van het gebied binnen
de zone langs een weg waarop voor motorvoertuigen een hogere maximum
snelheid dan 50 km per uur geldt.
Bebouwde kom: de bebouwde kom, vastgesteld krachtens artikel 8 van de
Wegenverkeerswet (Stb. 1935/554).
Het aanwezig zijn van deze zones heeft momenteel reeds een aantal
voor het gemeentebestuur belangrijke consequenties, met name indien
zich nieuwe situaties binnen deze zone (kunnen) voordoen. In concreto
is dit het geval bij
a. de vaststelling of herziening van een bestemmingsplan dat geheel
of gedeeltelijk betrekking heeft op gronden, gelegen binnen de
zones
b. de aanleg of reconstructie van een weg buiten toepassing van de
bestemmingsplanprocedure.
Belangrijke consequenties zijn dan:
de verplichting tot het verrichten van akoestisch onderzoek naar
de geluidsbelasting van woningen en andere geluidsgevoelige ob
jecten;
de inachtname van maximale geluidsniveaus voor wonin-
gen/geluidsgevoelige objecten door het treffen van passende maat
regelen.
GSVRGELU.IDH/RAAD/1