- 3 -
Het Structuurschema beoogt vanuit een samenhangend ruimte
lijk ordening perspectief ook afspraken te maken over
prioriteitsstelling en realisatie.
Het structuurschema is bij uitstek bedoeld om, soms tegen
strijdige, processen en werkzaamheden in goede banen te
leiden. Kernbegrippen (uitgangspunten) zijn duurzaamheid,
structuur en kwaliteit.
Het Kabinet wil de ruimtelijke inrichting en het beheer van
verschillende functies in het landelijk gebied op twee
niveau's uitwerken:
een beleid voor de groene ruimte op het schaalniveau
van het gehele land en
een beleid voor aangelegenheden op regionaal schaalni
veau.
Direct daaraan wordt toegevoegd, dat het Structuurschema in
de eerste plaats een ruimtelijk kader vormt voor beslissin
gen met een regionaal karakter.
Het Structuurschema kent een aantal Strategische Groenpro
jecten waarvan wordt gezegd, dat het Rijk het slagen van
deze groenprojecten tot zijn directe verantwoordelijkheden
rekent. Zij zijn van strategische belang en krijgen een
hoge prioriteit.
In het bestuurlijk overleg met de provincies zal overeen
stemming moeten worden bereikt over de richting van deze
projecten. Vervolgens zal aan de colleges van Gedeputeerde
Staten worden gevraagd om deze perspectieven uit te werken,
zorg te dragen voor verankering in hun ruimtelijk beleid en
met de uitvoering te beginnen.
Tevens wordt aangegeven, dat een verder decentralisatie van
natuur en landinrichting van het Rijk richting provincies
plaats zal vinden. Het Rijk blijft verantwoordelijk voor de
hoofdlijnen van het beleid en de vaststelling van een meer
jarenprogramma voor de grondverwerving en inrichting. De
provincies krijgen de verantwoordelijkheid voor de bestuur
lijke aansturing van de uitvoering van het beleid.
2.3 Hoofdstuk 2 Veenweidegebieden
In dit hoofdstuk wordt onderscheid gemaakt in:
veenweidegebieden met accent landbouw;
veenweidegebieden met accent landbouw en natuur;
veenweidegebieden met accent natuur.
Wat ons gemeentelijk gebied betreft zijn de eerste catego
rieën aanwezig, de gebieden met het accent landbouw en na
tuur zijn opgenomen in een Strategisch Groenproject.
Voor de gebieden met het accent landbouw wordt gestreefd
naar het in ruime mate inpassen van natuurwaarden.
2.4 Hoofdstuk 6 Nat Nederland.
In het Structuurschema wordt nog steeds uitgegaan van een
groei van de watersport van circa 1,5% per jaar. Het Fries
Merengebied wordt aangemerkt als ontwikkelingsruimte voor
circa 15% van de totale landelijke groei. Voor het Fries
Merengebied wordt opgemerkt, dat het gebied Grote Wielen-
Oude Venen uitgewerkt wordt als Strategisch Groenproject.
Daarbij zal worden bezien of de vaarverbinding tussen Leeu
warden en Centraal Merengebied kan worden versterkt.
I
STRUCTSC.HEM/RAAD/3
