- 2 -
Hoewel de feiten enigszins anders liggen, hebben wij het verzoek beke
ken vanuit de invalshoek: vrijkomende agrarische bebouwing. Tegen het
licht van de uitgangspunten die wij daarvoor hanteren vinden wij mede
werking aan de bedrijfsvestiging tot de mogelijkheden behoren. Wij
hebben ons dan ook op het standpunt gesteld dat wij in beginsel be
reid zijn planologische medewerking te verlenen, middels de vrijstel
lingsprocedure ex artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.
De vierde afdeling heeft zich met die ontwikkeling akkoord verklaard
in zijn vergadering van 1 juni 1993.
Dan is de gemeente vanaf eind 1987 al bezig geweest om het resterende
gedeelte van het plan De Baai, 2e fase, in te vullen met woningen.
Het gaat hier om de kavels die grenzen aan de Rjochte Grou. Enige
tijd geleden heeft na inschrijving bouwbedrijf Van der Werf de verde
re ontwikkeling op zich genomen op basis van een door de gemeente
ontwikkeld plan.Voor het gebied is in 1992 een partiele herziening
vastgesteld. Deze herziening was noodzakelijk omdat gedeputeerde sta
ten aan het betreffende gedeelte van het plan De Baai, 2e fase, goed
keuring hadden onthouden.
Binnen de wettelijke mogelijkheden is een zo flexibel mogelijke par
tiële herziening ontwikkeld en vastgesteld. In de herziening zit een
wijzigingsbevoegdheid op grond van artikel 11 Wet op de Ruimtelijke
Ordening.
Het thans aan de orde zijnde bouwplan past echter niet binnen deze
partiele herziening. Formeel zou opnieuw een partiele herziening ge
maakt moeten worden.
Ook is onderzocht of medewerking middels een vrijstellingsprocedure
ex artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening kan worden gege
ven. Nu dit tot de mogelijkheden behoort zijn wij dan ook voornemens
deze weg te volgen.
De vierde afdeling kon zich hierin vinden in zijn vergadering van
1 juni 1993.
Tot slot willen wij aan de orde stellen de bouwaanvrage van de Stich
ting Samenwerking Welzijn voor het veranderen en vergroting van een
voormalige kleuterschool in een aktiviteitencentrum op het perceel
Hopmanshof 5 te Akkrum.
Het bouwplan verdraagt zich niet met het geldende bestemmingsplan
"Kern Akkrum I", die de locatie bestemt voor "Gronden bestemd voor
bijzondere doeleinden". De functie van het gebouw is niet zondermeer
gelijk te stellen met de bestemmingsomschrijving; daarnaast wordt het
bebouwingsvlak enigszins overschreden.
Eerder hebben wij reeds besloten de medewerking te verlenen via een
zogenaamde verkorte procedure. Wij houden echter rekening met het
feit dat wij door de omstandigheden worden gedwongen de artikel-W-
procedure te moeten volgen. In verband daarmee achten wij het gewenst
om een voorbereidingsbesluit voor het perceel te laten nemen, ten
einde onnodige vertraging in de voortgang te kunnen voorkomen.
In verband met het vorenvermelde stellen wij uw raad voor om voor bo
vengenoemde locaties een voorbereidingsbesluit te nemen, overeenkom
stig het bepaalde in artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Orde
ning. Een ontwerp-besluit met bijbehorende tekeningen is bij de raads
stukken gevoegd.
Burgemeester en wethouders van de gemeente Boarnsterhim,
de secretaris, de burgemeester,
mevrouw A.M.E. van der Sluijs. Y. Dijkstra.
LWVSJUNI.VBB/RAAD/2