- 3 -
3.6 Het college van burgemeester en wethouders is verantwoordelijk
voor het zo tijdig mogelijk en volledig mogelijk informeren van
alle ambtenaren.
Artikel 4 Uitvoeringsplan.
4.1 Ten behoeve van de uitvoering van de gemeentelijke reorganisatie
stelt het college van burgemeester en wethouders een uitvoering
splan op.
4.2 In elk geval dient het uitvoeringsplan het navolgende te bevat
ten:
een inventarisatie van de beschikbare formatie in de ver
nieuwde organisatie, op korte en zo mogelijk op middellange
termijn;
de verschillen met de huidige situatie naar aard en omvang;
een plan van aanpak, voorzien van een tijdsplanning;
een overzicht van de te verwachten personele consequenties
en de wijze waarop deze getracht worden op te vangen;
de wijze waarop en het stadium waarin de medewerkers zullen
worden geïnformeerd.
4.3 Alvorens burgemeester en wethouders het uitvoeringsplan als ge
noemd in artikel 4.1 vaststellen dient hierover overeenstemming
te worden bereikt het het G.O.
Artikel 5 Inpassingscommissie.
5.1 Er is een inpassingscommissie, bestaande uit:
de portefeuillehouder personeelszaken (voorzitter);
maximaal drie leden, aan te wijzen door de commissie van
georganiseerd overleg, niet zijnde een ambtenaar;
de gemeentesecretaris;
de desbetreffende directeuren/hoofden van stafafdelingen.
De leden van de commissie worden benoemd door het college van
burgemeester en wethouders.
Het secretariaat van de commissie wordt vervuld door een medewer
ker van de afdeling Ondersteuning.
5.2 Ten behoeve van onder meer de procesbewaking en ter versterking
van een objectieve werkwijze kan een extern deskundige als advi
serend lid in de inpassingscommissie zitting hebben.
5.3 De inpassingscommissie heeft tot taak het college van burgemees
ter en wethouders advies uit te brengen omtrent de inpassing van
de medewerkers in een passende of geschikte functie in de ver
nieuwde gemeentelijke organisatie.
5.4 Indien meer dan één ambtenaar, die voor plaatsing in aanmerking
komt, geschikt is voor de zelfde functie, wordt de hieronder ver
melde rangorde gehanteerd:
a. ambtenaren met tenminste een diensttijd van 35 jaar;
b. ambtenaren van 35 jaar of ouder, te beginnen met hen die de
meeste diensttijd hebben. Bij gelijke diensttijd gaan oude
ren voor jongeren;
MWBSS0LE/P0/3
