- 5 - Artikel 15. Burgemeester en wethouders kunnen bepalen voor de ter postbezorging of uitreiking van aanslagbiljetten ingevolge artikel 8, van de Invor- deringswet 1990 voor de betrokken in artikel 214, tweede lid Gemeente wet bedoelde gemeenteambtenaar een andere gemeenteambtenaar in de plaats treedt. Nakoming van verplichtingen. Artikel 16. De verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 50 en 51 van de Algeme ne Wet inzake Rijksbelastingen en in de artikelen 58 en 61 van de Invorderingswet 1990 gelden mede jegens de door burgemeester en wet houders aangewezen ambtenaren van de gemeentelijke belastingen. Kwijtschelding. Artikel 17. Bij de invordering zal geen kwijtschelding worden verleend als be doeld in artikel 26 van de Invorderingswet 1990. Vrijstelling invorderingsrente bij uitstel van betaling. Artikel 18. Ingeval op de voet van artikel 25 van de Invorderingswet 1990 uitstel van betaling is verleend wordt geen invorderingsrente in rekening gebracht indien deze voor alle op één aanslagbiljet vermelde aansla gen gerekend over de volle looptijd van het genoten uitstel in totaal een bedrag van f 50,00 niet te boven gaat. Aanmeldingsplicht. Artikel 19. De belastingplichtige, bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het inwerking treden van deze ver ordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan burgemeester en wethouders. Strafbepaling. Artikel 20. Onverminderd het bepaalde in artikel 293, eerste lid, van de Gemeente wet, wordt op overtreding van deze belastingverordening een geldboete gesteld van de eerste categorie. RVO.026/VO/5

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1993 | | pagina 68