- 3 - één van de eerste projecten uit het Toeristisch-recreatief beleids plan is het project Promotie, Organisatie en Kwaliteitsverbetering. In dit project moet binnen een jaar duidelijk zijn gemaakt wat de plaats en de rol van de VVV in dit verband is en op welke wijze, ook in financiële zin, het een en ander moet worden vertaald. De financiële positie van de gemeente. De financiële positie van de gemeente vraagt om een zeer terughoudend en afgewogen beleid. Het verzoek van de VVV om een verhoging van de jaarlijkse subsidie met f.7.500,00 wegens gestegen loon en kostenpeil hebben wij daarom tegen dat licht beoordeeld. Daarnaast moet dit verzoek worden vergeleken met de wijze waarop ande re subsidiënten is dit soort gevallen worden behandeld. Geconstateerd moet worden dat wegens de slechte financiële positie van de gemeente indexeringen in de subsidies niet of nauwelijks zijn doorgevoerd, Omdat de VVV nog ruimte heeft in de mogelijkheden om de eigen inkoms ten te verhogen menen wij uw raad te moeten voorstellen om de gevraag de indexering niet te honoreren. In de concept-begroting 1995 die separaat door uw raad wordt vastge steld is rekening gehouden met een continuering van de huidige subsi die. Behandeling in de raadscommissie AZW. Dit voorstel is behandeld in de vergadering van uw commissie Algemene Zaken en Welzijn van 31 oktober 1994. De commissie heeft op het voor stel positief gereageerd. Voorstel. Samenvattend stellen wij u voor om de de VW Mid-Friesland met ingang van 1995 een (voortgezette) subsidie te verstrekken van f.80.000,00 per jaar voor een periode van wederom ten hoogste drie jaar, onder de gebruikelijke voorwaarden (jaarlijkse indiening van begroting, reke ning en aktiviteitenplan) en daaraan toegevoegd de verplichting om de afgesproken meetpunten trendmatig inzichtelijk te maken. Burgemeester en wethouders van de gemeente Boarnsterhim, de secretaris, de burgemeester, mevrouw A.M.E. van der Sluijs. Y. Dijkstra. HBVSSUBS .VW/RAAD/3

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1994 | | pagina 20