13 -
4. Op voorstel van burgemeester en wethouders beslist de raad of
het voorstel voor kennisgeving wordt aangenomen, direct in behan
deling wordt genomen of om advies in handen van burgemeester en
wethouders wordt gesteld. Indien de raad beslist tot het direct
in behandeling nemen van het voorstel, vindt behandeling van het
voorstel plaats, nadat alle op de agenda voorkomende onderwerpen
zijn behandeld.
Schriftelijke vragen.
Artikel 35.
1. Ieder lid kan aan de burgemeester of aan burgemeester en wethou
ders schriftelijk vragen stellen.
2. De vragen worden kort en duidelijk geformuleerd. De vragen kun
nen van een toelichting worden voorzien. Bij de vragen wordt
aangegeven, of schriftelijke of mondelinge beantwoording wordt
verlangd.
3. De vragen worden bij de voorzitter van de raad ingediend. Deze
draagt er zorg voor dat de vragen zo spoedig mogelijk ter kennis
van de overige leden van de raad worden gebracht en worden ver
meld op de lijst van ingekomen stukken.
4. Schriftelijke beantwoording vindt zo spoedig mogelijk plaats, in
ieder geval binnen dertig dagen, nadat de vragen zijn binnengeko
men. Mondelinge beantwoording vindt plaats in de eerstvolgende
raadsvergadering. Indien beantwoording niet binnen deze termij
nen kan plaatsvinden, krijgt de vragensteller daarvan gemoti
veerd bericht, waarbij aangegeven wordt de termijn, waarbinnen
beantwoording plaats zal vinden.
Dit bericht wordt behandeld als een antwoord.
5. De antwoorden worden door de voorzitter aan de leden van de raad
medegedeeld.
6. De vragen en antwoorden worden gelijktijdig met de stukken als
bedoeld in artikel 17 aan de leden van de raad toegezonden.
7. De vragensteller kan, bij schriftelijke beantwoording in de
eerstvolgende raadsvergadering en bij mondelinge beantwoording
in dezelfde raadsvergadering, na de behandeling van de op de
agenda voorkomende onderwerpen nadere inlichtingen vragen om
trent het door de burgemeester of door burgemeester en wethou
ders gegeven antwoord.
Inlichtingen.
Artikel 36.
1. Indien een lid over een onderwerp inlichtingen als bedoeld in de
artikelen 169 en 180 van de Gemeentewet verlangt wordt een ver
zoek daartoe schriftelijk ingediend bij het college van burge
meester en wethouders of de burgemeester.
RVO.24:/70/13