GEMEENTE BOARNSTERHIM
Portef eui1lehouder
burgemeester Y. Dijkstra.
6. Voorstel tot het vaststel
len van de Algemene Plaatse
lijke Verordening Boarnster-
him.
Aan de gemeenteraad.
Grou, 8 december 1995.
Reeds een aantal jaren wordt de noodzaak onderkend om te komen tot
een algehele herziening van de Algemene Plaatselijke Verordening in
onze gemeente. De huidige verordening, die dateert uit 1987, is sterk
verouderd
Daarnaast wordt deze noodzaak mede ingegeven door de Algemene Wet
Bestuursrecht (in werking getreden op 1 januari 1994) die gemeenten
verplicht om haar verordeningen binnen een overgangstermijn van 2
jaar aan deze nieuwe wet aan te passen; onze huidige A.P.V. is nog
niet aangepast aan de A.W.B. en zou derhalve op 1 januari 1996 van
rechtswege komen te vervallen.
De thans geldende A.P.V. is gebaseerd op een model-A.P.V. zoals deze
in 1985 door de Vereniging van Friese Gemeenten is uitgegeven. Sinds
1985 hebben er vele wijzigingen plaatsgevonden in de landelijke wetge
ving. Deze wijzigingen zijn door de V.F.G. nimmer verwerkt in haar
model-APV.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten kent sinds 1986 ook een mo
del-A.P.V. Wij hebben besloten om dit model als uitgangspunt te nemen
voor de herziening van onze verordening. De argumenten hiervoor zijn
de navolgende:
a. De V.N.G. voorziet de gemeenten periodiek van circulaires indien
een wijziging van de gemeentelijke A.P.V. noodzakelijk is. Voor
dat de V.N.G. tot aanvulling c.q. wijziging van de A.P.V. over
gaat, heeft hieromtrent op landelijk niveau breed overleg plaats
gevonden
b. In dit model is gestreefd naar een bundeling van gemeentelijke
strafwetgeving;
c. Het model gaat uit van een minimum-aantal bepalingen dat elke
gemeente in feite nodig heeft.
Het tot uitgangspunt nemen van het model van de V.N.G. houdt in dat
de opzet, de indeling en de tekst zoveel mogelijk zijn overgenomen;
alleen indien dit naar ons oordeel strikt noodzakelijk was, hebben
wij afgeweken van het model van de V.N.G.
RDAPWS/RAAD/1