het streekplan; de provincie neemt deze rol van het rijk over zodat het (wettelijk) overleg over gemeentelijke plan nen een provinciale bestuurlijke binding krijgt. 2Provinciale projectprocedure. Naast het streekplan krijgt de provincie het instrument van de "provinciale projectprocedure"; de Stuurgroep acht het wenselijk dat projecten, waarvoor de provincie zichzelf ver antwoordelijk acht, ook onder haar procedurele verantwoorde lijkheid tot stand komen; voorwaarde is wel dat dergelijke projecten in het streekplan zijn genoemd. 3Gemeentelijke planvormen en procedures. De gemeente kan een structuurplan ontwikkelen voor haar gehe le grondgebied. Dit structuurplan dient de gehele procedure door te lopen van inspraak, overleg, vaststelling en goedkeu ring. Voor bestemmingsplannen die in zo'n structuurplan passen, is geen goedkeuring meer nodig (alleen nog een meldingsplicht) De provincie behoudt hier echter wel de bevoegdheid om in te grijpen indien er afwijkende bestemmingsplannen ontstaan. 4. Vereenvoudiging procedure overige bestemmingsplannen. Voor bestemmingsplannen die niet passen in een structuurplan of bij het ontbreken van een structuurplan kan eveneens wor den volstaan met een melding (in plaats van een goedkeuring door G.S.) indien het wettelijke overleg over het ontwerp-be- stemmingsplan positief is afgerond. 5Vrij stellingsprocedures Voor wat beteft de vrijstellingsprocedures wordt gekozen voor een algemene verklaring van geen bezwaar (art. 19) als de projecten op grond van het streekplan niet worden aange merkt als van bovenlokaal belang. Daarnaast wordt voorgesteld dat een verklaring van geen be zwaar niet meer nodig is voor bouwplannen die afwijken van het bestemmingsplan maar passen in een goedgekeurd structuur plan. Ten aanzien van de voorstellen merkt ons college het volgende op. Ons college spreekt haar waardering uit met betrekking tot de genoemde voorstellen uit het eindrapport; een verminderde toe- zichtsrol van de provincie alsmede de vereenvoudiging van ruimte lijke ordeningsprocedures zijn elementen die ons college aanspre ken omdat de burger in de nieuwe situatie veel "sneller bedient kan worden" dan voorheen. Wij reageren op zichzelf positief op de provinciale projectproce dure; daarnaast stellen wij uw raad voor om de Stuurgroep te verzoeken om bij de nadere concretisering van deze procedure meer helderheid te verschaffen over enkele "vage termen" die het eindrapport bevat ten aanzien van deze provinciale projectproce dure: wanneer voelt de provincie "zich verantwoordelijk" voor een project?; wanneer is een project van "bovenlokaal belang". Welke rol speelt het gemeentebestuur in de concretisering van de provinciale projectprocedure. Met inachtneming van het voorgaande adviseert ons college uw raad om: RDVRFFl/RAAD/5

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1996 | | pagina 61