Wij achten dit logisch omdat dit typisch een taakonderdeel is
"dat dicht bij de burgers thuishoort".
Gelet op het voorgaande adviseert ons college uw raad om, met
inachtneming van het gestelde in uw concept-reactie van 20 maart
1996, accoord te gaan met de voorstellen omtrent het Stads- en
dorpsvernieuwingsfonds, Monumentenzorg en Woningbouwsubsidies
C. Verkeer en vervoer.
Samengevat komen de voorstellen ten aanzien van dit taakonder
deel op het volgende neer.
In het kader van dit taakonderdeel sluit de Stuurgroep aan bij
twee landelijke convenanten.
Enerzijds is er een convenant tussen rijk, VNG en IPO ten aan
zien van een nieuwe toedeling van bevoegdheden aan de drie be
stuurslagen; dit convenant uit 1995, dat nog nader dient te wor
den geconcretiseerd, houdt in hoofdlijnen het volgende in:
a. Algemeen beleid en planstructuur.
Het rijk blijft een structuurschema voor verkeer en vervoer
(SVV) opstellen waarin de hoofdlijnen van het nationale be
leid worden beschreven.
De provincie krijgt de wettelijke taak om een provinciaal
plan voor verkeer en vervoer op te stellen voor het bovenlok
ale schaalniveau.
De gemeenteraad stelt voortaan een Gemeentelijk Verkeer en
Vervoer Plan (GVVP) vast; bij het opstellen van dit plan is
afstemming met buurgemeenten en de provincie gewenst.
b. Openbaar vervoer.
Taken, bevoegdheden en middelen voor het streekvervoer wor
den van het rijk naar de provincie gedecentraliseerd; de
provincie wordt derhalve opdrachtgever voor het streekver
voer.
Bevoegdheden en middelen voor het lokale openbaar vervoer
blijven bij de gemeenten (in Friesland geldt dit alleen voor
Leeuwarden en Smallingerland)
De provincies krijgen de taak om streek- en stadsvervoer op
elkaar af te stemmen.
Voorts is in het accoord vastgelegd dat gemeenten en provin
cie afstemming met het doelgroepenvervoer (WVG-vervoer, leer
lingenvervoer) nastreven.
c. Infrastructuur.
Ten aanzien van de grote infrastructuur (boven de 25 mil
joen) verandert er weinig: het rijk wijst toe op basis van
proj ectbeschikkingen
Voor de infrastructuur onder de 25 miljoen wordt een gebun
delde doeluitkering (slechts 4.7 miljoen voor geheel Fries
land) aan de provincies verleend; de provincies verdelen
deze middelen op basis van het provinciale plan voor verkeer
en vervoer.
Anderzijds is er een convenant gesloten tussen rijk, VNG en IPO
inzake de verkeersveiligheid. Met ingang van 1994 heeft er op
het gebied van de verkeersveiligheid een decentralisatie plaats
gevonden van rijkstaken naar de provincies. Afgesproken is dat
RDVRITl/RAAD/7