de verkeersveiligheid als een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de drie bestuurslagen wordt gezien. Het bestaan van een afzonderlijke structuur voor verkeersveilig heid (het Regionaal Orgaan voor de Verkeersveiligheid) en een afzonderlijke structuur voor afstemming op het gebied van ver keer en vervoer (de Vervoerregio Friesland) is steeds minder een logische opzet. Een integratie van deze beide overlegstructuren in één nieuw op te zetten (lichte) overlegstructuur acht de Stuurgroep wenselijk. Ten aanzien van de voorstellen merkt ons college het volgende op. De huidige Vervoerregio past, als hulpstructuur, niet binnen de uitgangspunten van het project Bestuurlijke Vernieuwing Fries land. Het vaststellen van een Gemeentelijk Verkeer en Vervoer Plan (GWP) door uw raad alsmede de integratie van het Regionaal Orgaaan voor de Verkeersveiligheid en de (huidige) Vervoerregio in één nieuwe overlegstructuur, zijn elementen die ons college aanspreken. Gelet op het voorgaande adviseert ons college uw raad om: in te stemmen met de verdeling van taken op het terrein van verkeer en vervoer en verkeersveiligheid conform de landelij ke afspraken; het opheffen van de gemeenschappelijke regeling Vervoerregio Friesland en het overleg te doen plaatsvinden op basis van de voorstellen. D. Milieu. Samengevat komen de voorstellen ten aanzien van het milieu op het volgende neer. Het provinciaal Milieu Beleidsplan wordt, na overleg met de ge meenten, door Provinciale Staten vastgesteld; dit milieuplan krijgt een bindende werking op dezelfde wijze als het streekplan. De bevoegdheid voor vergunningverlening en bestuurlijke handha ving komt vrijwel volledig bij de gemeenten te liggen. Alleen voor de circa 150 grootste bedrijven blijft de provincie verant woordelijk; nu is dat voor ongeveer duizend bedrijven het geval. Er komt een gezamenlijke milieudienst voor gemeenten en provin cie die zich in elk geval met vergunningverlening en handhaving bezighoudt. Gemeenten en provincie verbinden zich gedurende de eerste drie jaar de uitvoering van deze taken te zien als een minimumpakket. In de praktijk kan het takenpakket groeien. Er komen ambtenaren te werken van de provinciale dienstonderdelen vergunningverlening en handhaving en van de huidige regionale milieuapparaten. Het wordt een organisatie ("een gemeenschappe lijke regeling op uitvoeringsniveau lijkt de aangewezen bestuurs vorm") met een hoofdvestiging in Leeuwarden en mogelijke steun punten in Sneek en Drachten. De burger heeft niet rechtstreeks met de milieudienst te maken maar wendt zich tot de gemeente (een vergunning wordt aange vraagd op het gemeentehuis; na behandeling door de milieudienst wordt het besluit door de gemeente genomen) RDVRITl/RAAD/8

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1996 | | pagina 64