- 7 - Artikel 21 Controle Burgemeester en wethouders controleren ten minste één maal per jaar de houders op naleving van de verordening. Artikel 22 Overgangsbepaling 1. Een jaar na de inwerkingtreding van deze verordening dienen alle houders van kindercentra en gastouderbureaus te voldoen aan de in of krachtens deze verordening gestelde eisen. 2. Vergunningen en ontheffingen die zijn verleend onder de werking van de Verordening kinderopvang (Mid-Frieslander 25 januari 1994, nr..), blijven nog gedurende één jaar na de inwerking treding van deze verordening van kracht. 3. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verorde ning een aanvraag om een vergunning of ontheffing op grond van de Verordening kinderopvang (Mid-Frieslander 25 januari 1994) is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet op die aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast. Artikel 23 Inwerkingtreding 1Deze verordening treedt inwerking op de achtste dag na die waar op zij is afgekondigd. 2. De Verordening kinderopvang, vastgesteld op 18 januari 1994 en in werking getreden op 1 februari 1994 wordt ingetrokken op de in het eerste lid bedoelde datum, met dien verstande dat de verordening gedurende één jaar onverkort van kracht blijft ten aanzien van kindercentra en gastouderbureaus die een op deze verordening gebaseerde vergunning hebben. Artikel 24 Citeertitel Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening kinderopvang gemeente Boarnsterhim 1997 Grou, 21 januari 1997. De raad voornoemd, de secretaris, de voorzitter, (mevrouw A.M.E. van der Sluijs) (Y. Dijkstra) AVBSVOKI/RMD/7

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1997 | | pagina 81