GEMEENTE BOARNSTERHIM
BESLUIT
Vergadering 7 oktober 1997
Agendapunt 10F
Portefeuillehouder:
J.H. Smittenberg
De raad van de gemeente Boarnsterhim;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 september
1997;
overwegende, dat in januari 1988 in en door de provincie Fryslân het
Monumenten Inventarisatie Project (MIP) is gestart, dat ten doel
heeft een overzicht te krijgen van de jongere bouwkunst en stedebouw
uit de periode 1850-1940;
dat het MIP voor de gemeente Boarnsterhim heeft geresulteerd in een
rapportage waarin in totaal 381 objecten/complexen uit voornoemde
periode zijn geïnventariseerd en gedocumenteerd;
dat een aanvang is gemaakt met het vervolg op het MIP, het Monumenten
Selectie Project (MSP), dat er op is gericht uit het totale MIP-be-
stand een selectie te maken van die jongere monumenten en dorpsge
zichten, die voor bescherming op basis van de Monumentenwet 1988 in
aanmerking komen en waarvan vervolgens registratie tijdens de Monumen
ten Registratie Procedure (MRP) kan plaatsvinden;
dat burgemeester en wethouders naar aanleiding van een daartoe strek
kend verzoek van het college van gedeputeerde staten van Fryslân op
6 september 1994 aan dit college hebben bericht deel te nemen aan het
MSP;
dat het college van gedeputeerde staten in dat kader de definitieve
indicatieve lijst met in totaal 17 objecten/complexen heeft samen
gesteld;
dat op deze lijst voorkomt het complex, bestaande uit twee blokjes
van vier woningen "met erf en bleekjes (nu voortuinen) aan de noord
west- en zuidzijde", gebouwd in opdracht van de Kerkvoogdij van de
Nederduitsche Hervormde Gemeente in 1903, gelegen op de percelen
kadastraal bekend gemeente Grouw, sectie A, nummer 2035, 2036, 2037,
2038, 2039, 2040, 2041, 2042 en plaatselijk bekend le Oosterveld-
straat 2, 4, 5, 6 te Grou en Paviljoenstraat 1, 3, 5, 7 te Grou;
MSP6.BSL/RAAD/1
