- 2 - In de voorliggende Herziening ex artikel 30 WRO is de noordoostelijke bebouwingsgrens over een lengte van ca 30 meter in de richting van het Nijdjip opgeschoven. Deze verschuiving, variërend van 1 tot 5 meter, is noodzakelijk in verband met de inpassing van de stedenbouw kundige opzet van de hier geprojecteerde wooncluster van 25 duurzame woningen De in het bestemmingsplan Meinga 2 geprojecteerde groenzone met wan delpad is echter ook in het voorliggende bestemmingsplan nadrukkelijk uitgangspunt. De geringe verschuiving over een kleine lengte van de bebouwingsgrens doet geen afbreuk aan dit uitgangspunt. Van stedenbouwkundige willekeur is naar onze mening geen sprake. Belangrijkste motief voor de opschuiving van de bebouwingsgrens is dat vanwege het duurzame karakter van deze woningen een noord-zuidge- richte verkaveling noodzakelijk is. De stedenbouwkundige opzet is in het verleden diverse keren onderwerp van discussie en overleg geweest. Middels een weloverwogen inrichting en verkaveling van deze cluster is tegemoet gekomen aan de eisen van een duurzame opzet. Een ondergeschikte overschrijding van de bebou wingsgrens werd hierbij als acceptabel gevonden. VOORSTEL VAM BURGEMEESTER EN WETHOUDERS Op grond van bovenstaande adviseren wij u de ingediende zienswijze ongegrond te verklaren en het plan ongewijzigd vast te stellen. ADVIES (RAADS)COMMISSIE(S) De raadscommissie heeft in de vergadering van 11 mei 1998 positief gereageerd omtrent dit voorstel. TER INZAGE LIGGENDE STUKKEN Herziening ex artikel 30 WRO van het bestemmingsplan Meinga 2; de ingebrachte zienswijze. Burgemeester en wethouders van de gemeente Boarnsterhim, de loco-secretaris, de burgemeester, C.I. Koffeman. Y. Dijkstra. JMVSMEIN.GR0/RAAD/2

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1998 | | pagina 44