- 8 - Artikel 17. Vergoeding van de kosten van openbaar vervoer ten behoeve van een begeleider. 1. Indien aanspraak bestaat op een in artikel 15, eerste lid, onder a bedoelde vergoeding, vergoedt het bestuursorgaan tevens de kosten van het openbaar vervoer ten behoeve van een begeleider, in het geval door de ouders ten behoeve van het bestuursorgaan genoegzaam wordt aangetoond dat de leerling, gelet op zijn gees telijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap of leeftijd, niet in staat is zelfstandig van het openbaar veirvoer gebruik te maken. 2. indien het bestuursorgaan de in het vorige lid bedoelde aanvraag niet, of slechts gedeeltelijk toekent, dient zij het advies van de commissie van onderzoek en eventueel het advies van andere deskundigen te betrekken. 3. Indien een begeleider meer dan één leerling tegelijk begeleidt, komen slechts de kosten van het openbaar vervoer ten behoeve van één begeleider voor vergoeding in aanmerking. Artikel 18. Vergoeding op basis van de kosten van aangepast vervoer. 1. Het bestuursorgaan kent een vergoeding toe op basis van de kosten van aangepast vervoer aan de ouders van de leerling die een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs of een school voor speciaal voortgezet onderwijs bezoekt, indien voldaan wordt aan de criteria van artikel 15 en: a* De leerling, naar het oordeel van het bestuursorgaan, gelet op zijn geestelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap niet in staat is - ook niet onder begeleiding - van het open baar vervoer gebruik te maken; b. De leerling, naar het oordeel van het bestuursorgaan, is aan gewezen op het openbaar vervoer onder begeleiding, doch waar van door de ouders ten behoeve van het bestuursorgaan genoeg zaam wordt aangetoond dat het begeleiden van de leerling door de ouders of anderen onmogelijk is, dan wel tot ernstige benadeling van het gezin zou leiden en een andere oplossing niet mogelijk is; c. De leerling met gebruikmaking van het openbaar vervoer naar school of terug, meer dan 1 ij uur onderweg is en de reistijd met aangepast vervoer tot 50Z of minder van de reistijd per openbaar vervoer kan worden teruggebracht; d. Het openbaar vervoer ontbreekt, tenzij de leerling naar het oordeel van het bestuursorgaan zelf gebruik kan maken van het vervoer per fiets of bromfiets. 2. Indien het bestuursorgaan de in het vorige lid bedoelde aanvraag niet of slechts gedeeltelijk toekent, dient zij bij de beschik king het advies van de commissie van onderzoek en eventueel het advies van andere deskundigen te betrekken. VERORDEH.LLV/BS/OW/VERHEIJJ/8

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1998 | | pagina 87