Pagina 5 Van gemeente tot gemeente zal de invulling van mogelijke beleidsrichtingen gezien de verschil lende doelstellingen en beleidsuitgangspunten verschillend uitvallen. Enerzijds kan een gemeente werken met een bedrijvenlijst, anderzijds is het hanteren van kwalitatieve criteria een mogelijk heid. De vorengaande opsomming van de beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten is niet uitput tend. Geregeld manifesteren zich nieuwe vormen van bedrijfsuitoefening van woningen. Het is dan ook juridisch niet steekhoudend om een limitatieve opsomming te hanteren. De ervaring is namelijk dat een limitatieve opsomming binnen een langere periode niet volledig zal blijken te zijn. Een andere manier om perken te stellen aan mogelijke precedentwerking en het beleid gefundeerd neer te zetten is het hanteren van kwalitatieve criteria welke onder andere de ruimtelijke uitstra ling kunnen bepalen. Kwalitatieve criteria kunnen zowel bij vrije beroepen als bij andere beroeps- en/of bedrijfsmatige activiteiten van belang zijn. Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân zal in het kader van een vrijstelling of in het kader van een planherziening moeten instemmen met de geformuleerde kwalitatieve criteria. Voorgesteld wordt derhalve aan de vestiging van aan huis verbonden beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten bij woningen in het buitengebied van de gemeente Boarnsterhim medewerking te ver lenen, mits aan de volgende kwalitatieve criteria wordt voldaan: a. De beroeps- en bedrijfsmatige activiteit moet van ondergeschikte betekenis zijn, in die zin dat de woning in overwegende mate de woonfunctie moet blijven behouden; deze woon functie blijft in ieder geval behouden indien maximaal 40 van de begane grondvloerop- pervlakte van de woning (inclusief aan-, uit- en bijgebouwen) met een maximum van 50 vierkante meter voor het "beroep of bedrijf aan huis" wordt gebruikt; b. De bebouwing blijft voldoen aan de inrichtingseisen van de woning, zoals gesteld in de bouwverordening en het bouwbesluit; c. Het gebruik mag geen onevenredige aantasting opleveren van het woon- en leefmilieu en van gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden; dit betekent in ieder geval dat geen gebruik mag plaatsvinden dat vergunnings- of meldingsplichtig is ingevolge de Wet milieubeheer (dan wel AmvB op grond van deze wet), tenzij voldoende vaststaat dat de vestiging van de activiteiten geen oven/vegende bezwaren van milieuhygiënische aard zal oproepen, gelet op de ligging, bedrijfsvoering en omvang van het bedrijf ten opzichte van de belendende woonbebouwing; d. De beroeps- en bedrijfsactiviteit moet binnen de ruimtelijke uitstraling van wonen blijven, in die zin dat de activiteit inpandig moet plaatsvinden en er geen externe (ge- vel)wijzigingen ten behoeve van de activiteit mogen plaatsvinden; e. De vestiging van de beroeps- en bedrijfsactiviteit mag niet leiden tot een onaanvaardbare aantrekking van verkeer en parkeeroverlast en een goede verkeersafwikkeling moet ge waarborgd blijven; f. Degene die de activiteiten verricht moet tevens de gebruiker van de eigenlijke woning zijn; g. Er mag geen handel plaatsvinden, uitgezonderd een beperkte verkoop in het klein in ver band met het "beroep of bedrijf aan huis" alsmede goederen die ter plaatse in verband met hetberoep of bedrijf aan huis" zijn vervaardigd; h. Het mogen geen activiteiten betreffen die in de regel in winkelpanden worden uitgeoe fend, in die zin dat geen zelfstandige detailhandel mag ontstaan. Vaststelling van deze beleidslijn betekent dat elke (bouw)aanvraag c.q. verzoek om vrijstelling die past binnen deze beleidslijn zal moeten worden gehonoreerd. Op grond van het delegatiebesluit van 19 september 2000 is de bevoegdheid tot het verlenen van een vrijstelling in het kader van deze beleidslijn gedelegeerd aan het college van burgemeester en wethouders, omdat de beleids lijn aanwijzingen geeft omtrent ruimtelijke invulling. 18. principeverzoek vestigen kapsalon te Wergea/rash/5

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2001 | | pagina 66