Pagina 3
Op De Burd is het des te meer van belang dat uitbreidingsmogelijkheden van de niet-landelijke
bedrijven beperkt blijven. Volgens rijks- en provinciaal beleid moeten inrichting en beheer van De
Burd en It Elân bijdragen aan realisering van de natuurdoelstellingen voor de Alde Feanen. In dit
kader is het beleid van de gemeente ter plaatse gericht op een inrichting die recht doet aan de
verschillende doelstellingen die voor deze gebieden zijn geformuleerd. Uitbreiding van niet-
landelijke bedrijfsbebouwing strookt niet met de doelstellingen ten aanzien van de natuur. Een
tweede bedrijfswoning is derhalve niet gewenst.
1.4. Een motivatie op medische gronden kan niet volstaan als onderbouwing voor een tweede
bedrijfswoning.
Een motivatie op medische gronden kan niet volstaan als onderbouwing voor een tweede be
drijfswoning, zeker niet nu het gaat om een niet-landelijk bedrijf in het buitengebied.
1.5. De wens om in de toekomst op De Burd te blijven wonen, kan niet volstaan als onder
bouwing voor een tweede bedrijfswoning.
Op het perceel Burd 13 liggen twee bestemmingen. In beide gevallen betreft het de bestemming
niet-agrarische bedrijven. Enerzijds met nadere aanduiding horeca, ten behoeve van het theehuis
Thee bij Trui"en anderzijds met een nadere aanduiding opslag, ten behoeve van De Lachende
Leeuw BV" een bedrijf in opslag, bouw en onderhoud van Friese Boeiers. De heer Hofstede heeft
in een schrijven aangegeven dat het in de toekomst onontkoombaar is om een deel van de activi
teiten af te stoten, maar dat er wel de wens is om op De Burd te blijven wonen. Feitelijk betekent
dit, dat de heer Hofstede een situatie wil creëren waarbij heel eenvoudig het bedrijfsgedeelte ver
kocht kan worden en de onderhavige woning in de toekomst particulier gebruikt kan worden. In
dit kader heeft de heer Hofstede het opheffen van de bestaande woonfunctie in de bestaande
boerderij kapitaalvernietiging genoemd. Het kan echter niet zo zijn, dat de wens om in de toe
komst op De Burd te blijven wonen, volstaat als onderbouwing voor een tweede woning.
1.6. Medewerking aan de onderhavige woning zal precedentwerking tot gevolg hebben.
Indien aan het onderhavige geval medewerking zou worden verleend, op basis van de medisch
gerelateerde argumenten, dan zal een ingrijpend precedent voor het buitengebied geschapen
worden.
Kanttekeningen:
1.1. Het besluit van 27 april 1999 is een principebesluit.
De heer Hofstede is van mening dat er verwachtingen zijn gewekt. Het besluit van 27 april 1999
is echter een principebesluit. Inmiddels zijn we 1 V2 jaar verder en zijn er toch andere inzichten. In
dit kader is het zeer belangrijk dat het bestuur bij principebesluiten de aanvrager er op wijst dat
pas bij een officiële aanvraag een definitief standpunt zal worden ingenomen. De heer Hofstede is
hier in 1999 ook op gewezen. Het bestuur heeft derhalve geen verantwoordelijkheid in reeds ge
maakte kosten.
1.2. De heer Hofstede heeft aangegeven dat een aanpassing c.q. uitbreiding van de bestaan
de woning niet voldoende is en een gelijkvloerse situatie in de bestaande woning wegens
hoogteverschillen niet gerealiseerd kan worden.
Het is onwaarschijnlijk dat een aanpassing van de bestaande woning tot een gelijkvloerse woning
technisch niet mogelijk zou zijn. Vanuit de aanvrager geredeneerd is een nieuwe woning echter
eenvoudiger.
Financiën:
Niet van toepassing
10. weigering 19.1 wro Burd 13 Grou/rojb/3