BOARNSTERHIM
gemeente
RAADSVOORSTEL
Raadsvergadering
Agendapunt
Commissievergadering
Agendapunt
Portefeuillehouder
Behandelend ambtenaar
20 augustus 2002
10 (A-stuk).
3 juni 2002
12.
wethouder mevrouw J. Bouma-van den Brink
mw. A. Flapper
telefoon: 0566-629325, e-mail: flappera@boarnsterhim.nl
Onderwerp:
Principeverzoek om geen planologische medewerking te verlenen aan de verplaatsing van een
agrarisch bedrijf naar het gebied de Greate Mar ten zuiden van Wergea (kad. Wrg 04-D208).
Voorstel:
Verleen in principe geen medewerking aan de verplaatsing van een agrarisch bedrijf naar een per
ceel in het gebied de Greate Mar ten zuiden van Wergea (kad. Wrg 04-D208).
Inleiding:
Op 18 juni ontving het college een schriftelijk verzoek van de heer J. Hotsma om medewerking te
verlenen aan de verplaatsing van het veehouderij- en veehandelsbedrijf gesitueerd op het perceel
Leeuwarderweg 40 naar een locatie in de Greate Mar onder Wergea. De heer J. Hotsma heeft het
verzoek mondeling toegelicht.
De argumenten die de heer J. Hotsma heeft aangegeven voor verplaatsing van het agrarisch be
drijf zijn de volgende:
De problemen met mond- en klauwzeer en de reis tussen zijn gronden in de Greate Mar en
zijn woning/bedrijf op het perceel Leeuwarderweg 40 te Wergea;
Net als het bedrijf van R. van de Wal bevindt zijn bedrijf zich ook (in een ongewenste si
tuatie) in de nabijheid van de bebouwde kom;
Op de mogelijk nieuwe agrarische bedrijfsgrond staat reeds een veeschuur;
Het zeker stellen van de bedrijfsvoering voor de toekomst, ook in verband met een even
tuele overname van het agrarisch bedrijf door zijn zoon.
Het gebied de Greate Mar te Wergea valt in het bestemmingsplan Buitengebied van de gemeente
Boarnsterhim. Aan de gronden in het gebied de Greate Mar is de bestemming 'Agrarisch gebied
toegekend. Op grond van het hiervoor geldende artikel 4 van de voorschriften zijn agrarische be
drijven uitsluitend toegestaan binnen de op de plankaart aangegeven agrarische bouwpercelen.
Aan het perceel (kad. Wrg04-D208) is geen bouwvlak toegekend.
Medewerking aan het verzoek van de heer Hotsma is slechts mogelijk middels een vrijstellings
procedure op grond van artikel 19, lid 1 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. Op grond van
artikel 46, lid 3 Woningwet dient een aanvraag waaraan niet zonder meer medewerking kan wor
den verleend, tevens te worden beschouwd als een verzoek om vrijstelling.
Inzake het principeverzoek van de heer Hotsma is de gemeenteraad beslissingsbevoegd.
10. roaf208 principeverzoek verplaatsen bedrijf Greate Mar te Wergea/roaf/1