1.4. Door het sluiten van de ontwikkelingsovereenkomst kunnen afspraken over planschade worden gemaakt. De overeenkomst bevat een bepaling, waarin planschadekosten geheel voor rekening van de ontwikkelaar komen. Voor deze bepaling is gekozen, omdat de planvorming in beginsel het be drijfsbelang van de exploitant dient. Kanttekeningen: 1.1. De Gemeente Boarnsterhim gaat in de overeenkomst (inspannings)verplichtingen aan om het proces tot een goed einde te brengen. Hierbij behoudt de gemeente overigens volledig haar publiekrechtelijke verantwoordelijkheid ten aanzien van Ruimtelijke Ordening-, Woningwet- en Wet milieubeheerprocedures. Daaronder be grepen het aanpassen van de plannen naar aanleiding van inspraak- en overlegreacties en ziens wijzen. Er is overleg gevoerd met: De afdeling Civiele Techniek, de afdeling milieu en de afdeling wegen van de provincie. Financiën: De financiering van het plan ligt bij de stichting. Uitvoering: De uitvoering van het plan ligt bij de stichting. Communicatie: Over de plannen is door de stichting overleg gevoerd met Dorpsbelangen Warten. Raadscommissie(s): De voorzitter van de commissie heeft geconcludeerd dat het voorstel een A-stuk is. Tijdens de commissievergadering werd nog wel geïnformeerd naar de recente ontwikkelingen omtrent af wenteling van planschadevergoedingen. Hierover kan het volgende worden gezegd. In zijn arrest van 7 mei 2002 is het Gerechtshof te Arnhem tot de conclusie gekomen dat het de gemeente niet vrij staat om planschadevergoedingskosten te verhalen via het sluiten van een pri vaatrechtelijke overeenkomst met een initiatiefnemer, omdat de WRO geen verhaalsrecht voor planschadekosten kent. Voorzover bekend is dit de eerste uitspraak van een appèlrechter die het gebruik van verhaals- overeenkomsten bij planschade verbiedt en is het bovendien nog maar de vraag of dit oordeel ook door andere Gerechtshoven en/of de Hoge Raad zal worden overgenomen. In dit licht achten wij het nu te prematuur af te stappen van afspraken over planschadevergoedingen. Mocht blijken dat er in de toekomst zich soortgelijke uitspraken als die van 7 mei 2002 voordoen, dan is het wel verstandig dat de gemeente zich te zijner tijd bezint op andere wijzen van plan- schadeafwenteling. Enkele suggesties zijn reeds door het SAOZ (Stichting Adviesbureau Onroe rende Zaken) gedaan. Één van die suggesties is het actiever instellen van planschaderisico- management. Hierbij kan een planschaderisico-analyse uitkomst bieden. Op basis van een derge lijke analyse kan de gemeente een initiatiefnemer verzoeken de schade vooraf rechtstreeks met getroffenen te regelen. Wanneer een initiatiefnemer de planschade niet wil dragen c.q. bekosti gen, kan een dergelijke analyse er ook toe leiden dat planologische medewerking geweigerd zou moeten worden, omdat de financiële economische uitvoerbaarheid niet gegarandeerd is. Nogmaals willen wij opmerken dat wij het nu te prematuur achten af te stappen van afspraken over planschadevergoedingen in een ontwikkelingsovereenkomst als onderhavige. Pagina 3 11rosh209 overeenkomst Jachthaven Warten/rosh/3

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2002 | | pagina 29