Pagina 3 3. Er moet een nieuwe bestemmingsplanprocedure doorlopen worden. Na in eerste instantie opgenomen te zijn in het bestemmingsplan Buitengebied, is voor de gehele Staandemastroute een afzonderlijk bestemmingsplan opgesteld. Na een moeizaam verlopen procedure is deze bij uitspraak van de Raad van State op 5 november 2003 in zijn geheel onherroepelijk verklaard. Bij besluit tot aanleg van de westelijke omleiding zal het bestemmingsplan Staandemast route aangepast moeten worden. Binnen een gelijktijdige procedure dient de oostelijke om leiding herbestemd te worden naar zijn oorspronkelijke bestemming. Daarvoor in de plaats zal het westelijke tracé opgenomen moeten worden binnen het bestemmingsplan Staan demastroute. Beide tracés opnemen in het bestemmingsplan zal niet worden geaccep teerd. K 4. Het flankerende onderzoek behoeft op dit moment geen besluitvorming. Gelijktijdig met het onderzoek naar de mogelijkheid van een westelijke omleiding is er een flankerend onderzoek uitgevoerd naar de consequenties, kansen en mogelijkheden van ontwikkelingen welke direct of indirect hiermee te maken hebben of kunnen krijgen. Geconcludeerd is dat er kansen liggen voor ontwikkelingen in en rond Wergea die zowel op recreatief gebied als aansluitend op de bekende plannen versterkend werken. Maar ook kansen voor onderlinge afstemming van werkzaamheden. Ten aanzien van het uitbreidingsplan Wergea- - west hoeven vrijwel geen concessies ge daan te worden aan de gestelde uitgangspunten. Ook zijn flankerende zaken met geringe aanpassingen reeds opgelost binnen het tracé. Met name invullingen van het gebied noord - westelijk van Wergea zijn afhankelijk van particuliere initiatieven daartoe en de planolo gische mogelijkheden. Andere onderwerpen vergen wel de nodige aandacht, maar daar lij ken oplossingen voor mogelijk. Na besluitvorming omtrent het alternatief zal gezamenlijk met het dorp bekeken moeten worden welke prioriteiten gesteld worden aan flankerende onderwerpen. Aansluitend zul len hier voorstellen over worden gedaan. Kanttekeningen: Bij zo'n groot en omvangrijk project kleven ook risico's aan het besluit tot het alsnog realiseren van een westelijke omleiding. Echter de risico's van financiële aard, grondverwerving, procedu reel en tijd worden lager ingeschat dan bij uitvoering van de oostelijke omleiding. Ondanks dat het uitvoeringsproces hiervoor inmiddels verder is. De voorziene risico's zijn aangegeven in een, vertrouwelijke, notitie. Er is overleg gevoerd met: Na besluitvorming in de Stuurgroep tot het instellen van een nader onderzoek is er een bouwteam opgericht, waarin de provincie, gemeente en adviseurs zitting hebben genomen. Financiën: Zoals uit de 10" voortgangsrapportage blijkt zijn er forse financiële tegenvallers te verwachten bij de aanleg van het oostelijke tracé. Aangezien deze voor een groot deel toe te schrijven zijn aan de projectonderdelen waarvoor de gemeente als opdrachtgever optreedt zou dit, overeenkomstig de afgesproken verdeelsleutel, wederom een aanvullende bijdrage vergen. Deze zou opkomen bij- de op 27 maart 2001 door de Raad al beschikbaar gestelde extra bijdrage van 1.134.450,50. Uit de door de provincie opgestelde globale ramingen blijkt dat een westelijke omleiding góedko per uitgevoerd kan worden, waardoor het tekort na rato afneemt en het totale project Staande mastroute weer binnen de (bij)gestelde financiële kaders uitgevoerd kan worden. Wel dient nog opgemerkt te worden dat het uiteindelijke resultaat opgemaakt kan worden na volledige realisatie in medio 2008. Voor de verdere financiële onderbouwing wordt verwezen naar de vertrouwelijke bijlage. 07. nwjb401 herziening omleiding Wergea in de Staandemastroute/nwjb/3

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2004 | | pagina 15