BOARNSTERHIM
gemeente
RAADSVOORSTEL
Raadsvergadering
Agendapunt
Commissievergadering
Agendapunt
Portefeuillehouder
Behandelend ambtenaar
18 mei 2004
6 (B-stuk)
5 april 2004
10
wethouder J. Bouma
mw. S.G.N. van der Sluis
telefoon: 0566-629225 e-mail: sluiss@boarnsterhim.nl
Onderwerp:
Maatregelenverordening Wet werk en bijstand (WWB)
Voorstel:
Stel de maatregelenverordening WWB vast.
Inleiding:
Op 1 januari 2004 is de nieuwe Wet werk en bijstand (WWB) van kracht. De WWB vervangt de
bijstandswet, de Wiw en het besluit ID. De uitgangspunten voor de inzet van beleid en budget
(beleidskader) zijn op 17 februari jl. door de gemeenteraad vastgesteld. De raad moet vervolgens
voor 1 januari 2005 de verordeningen vaststellen over:
de inzet van reïntegratieactiviteiten (de reïntegratie verordening)
het verstrekken van toeslagen (de toeslagenverordening)
de vormgeving van cliëntenparticipatie (de verordening cliëntenparticipatie)
het verlagen van uitkeringen en hoe omgegaan wordt met fraudezaken
(de maatregelenverordening).
Dit voorstel gaat over het vaststellen van de maatregelenverordening.
Argumenten:
1. het wettelijk verplicht is
Met de inwerkingtreding van de WWB vervalt het systeem van boeten en maatregelen van de
Algemene bijstandswet. De WWB kent slechts één soort sanctie: het verlagen van de uitkering.
De boete verdwijnt als sanctie voor uitkeringsgerechtigden die hun inlichtingenplicht hebben ge
schonden.
Artikel 18 van de WWB bevat de opdracht aan gemeenten om een maatregelenbeleid in een ver
ordening vast te leggen: "het college stemt de bijstand en de daaraan verbonden verplichtingen
af op de omstandigheden, mogelijkheden en middelen van de belanghebbende".
Het recht op een uitkering is altijd verbonden aan de plicht zich in te zetten om weer onafhanke
lijk van die uitkering te worden. Dit betekent dat de vaststelling van de hoogte van de uitkering
niet alleen afhangt van de toepasselijke uitkeringsnorm en de beschikbare middelen van de be
langhebbende, maar ook van de mate waarin de opgelegde verplichtingen worden nagekomen.
Wanneer het college tot het oordeel komt dat een bijstandsgerechtigde zijn verplichtingen niet of
in onvoldoende mate nakomt, wordt de uitkering verlaagd. Alleen wanneer iedere vorm van ver
wijtbaarheid ontbreekt, wordt afgezien van zo'n verlaging.
Een verlaging van de uitkering moet plaatsvinden overeenkomstig een door de gemeenteraad vast
te stellen verordening. In bijlage drie is een overzicht opgenomen van de algemene totstandko-
06. advies.maatregelen WWB/ 1