Pagina 2 Wet Kinderopvang: toelichting Met ingang van 1 januari 2005 treedt de Wet Kinderopvang (WK) in werking. Met de invoering van deze wet doet de marktwerking zijn intrede in de kinderopvang. De kosten van de kinderopvang worden gedeeld, door ouders, rijk en werkgever volgens het principe van elk 1/3 deel. Werkgevers zijn niet verplicht tot een bijdrage. Daar waar werkgevers geen bijdrage leveren en in geval van lage inkomens draagt het rijk een grotere bijdrage bij. De bijdrage van het rijk verloopt via de Belastingdienst. De gemeente heeft in het kader van de WK drie wettelijke taken: 1Registratie De gemeente moet een register inrichten en daarin alle kinderopvangorganisaties die zich aanmelden, inschrijven. Dit register moet voor iedere belangstellende ter inzage worden gelegd. 2. De gemeente moet een bijdrage verstrekken in de kosten van kinderopvang voor in de wet omschreven doelgroepen. De gemeente gaat het ontbrekende werkgeversdeel finan cieren voor ouders met een uitkering die een reintegratietraject volgen, herintreders, nieuwkomers en oudkomers met een verplicht inburgeringtraject en ouders die stu die/opleiding en zorg combineren. 3. De derde taak is het toezicht op de kwaliteit van de kinderopvang en een handha- vingplicht. De gemeente moet ingrijpen als niet aan kwaliteitseisen wordt voldaan. Dit in grijpen kan variëren van een schriftelijke aanwijzing tot aan een verbod tot exploitatie van een kinderopvanginstelling. Acties Raad om WK in te voeren 1De kwaliteitsverordening dient te worden ingetrokken en de subsidierelatie met de Stichting Kinderopvang Boarnsterhim dient te worden beëindigd. Dit is reeds eerder aangekondigd aan de Stichting Kinderopvang, maar de raad dient hier een formeel besluit over te nemen. Dit wordt in dit voorstel aan uw raad voorgelegd. 2. Er dient een verordening te worden opgesteld die de subsidieverlening aan de wettelijke doel groepen regelt. Dit wordt in een apart voorstel aan uw raad voorgelegd. Argumenten: 11 Ingevolge de nieuwe Wet Kinderopvang vervalt de verantwoordelijkheid van de gemeente om kwa/iteitsregels vast te leggen en vergunningen te verlenen. Na inwerkingtreding hoeft de gemeente aanbieders alleen nog maar in te schrijven in een openbaar register en dit register voor iedere belangstellende ter inzage te leggen. De huidige vergunningenhouders worden automatisch ingeschreven in het register; wel wordt op korte termijn een inspectie verricht naar de kwaliteitseisen. De kwaliteitseisen worden in de wet geregeld; landelijk worden toezichtprotocollen ontwikkeld. De uitvoering van de inspectie ligt in handen van de GGD. Het college van burgemeester en wethouders wijst ambtenaren van de GGD aan als toezichthouder. Van een aanwijzing als toezichthouder wordt mededeling gedaan in een lokaal verspreid dag-, nieuws- of huis-aan- huisblad. 2.1. Als gevolg van de Wet Kinderopvang moeten bestaande subsidierelaties met aanbieders van kinderopvang worden beëindigd. In de beschikking 2004 van toekenning subsidie is reeds aangekondigd dat de subsidieverlening zou worden beëindigd. Nu de Wet Kinderopvang is goedgekeurd door de Eerste kamer dient de Raad hiertoe formeel een besluit te nemen. 10 Raadsvoorstel intrekken verordening kinderopvang/owgv/2

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2004 | | pagina 30