Pagina 2
Op 17 februari 2004 is de nieuwe Verordening Bestuurscommissie Openbaar Onderwijs Boarn-
sterhim door uw raad vastgesteld, als eerste stap naar een meer heldere verdeling van taken en
bevoegdheden tussen gemeenten en bobob.
Vervolgens is de nieuwe uitwerkingsovereenkomst voorbereid. Deze voorbereiding heeft relatief
veel tijd gekost door de complexiteit en onduidelijkheid van het oude convenant.
Argumenten:
1.1 Deze uitwerkingsovereenkomst bevat een heldere verdeling van taken en bevoegdheden als
mede een objectief vastgestelde bijdrage van de gemeente aan de bobob, die de bobob in
staat stelt zelfstandig en slagvaardig een gezonde bedrijfsvoering te realiseren.
De in de nieuwe uitwerkingsovereenkomst opgenomen afspraken bevatten:
Een heldere verdeling van taken en bevoegdheden tussen gemeente en bobob, die de bobob
in staat stelt zelfstandig en slagvaardig een gezonde bedrijfsvoering te realiseren:
Een objectief vastgestelde bijdrage van de gemeente aan de bobob;
o deze bijdrage bestaat voor één component uit een vergoeding voor kosten Admini
stratie, Beheer en Bestuur; voor deze vergoeding bestaat geen doorbetalingsver
plichting;
o de bijdrage bestaat daarnaast uit een vergoeding in de kosten van meerjarenon-
derhoud; voor deze vergoeding is wel een doorbetalingsverplichting,
o bij de vaststelling van deze bijdrage is rekening gehouden met door de bobob te
ontvangen rijksvergoedingen, de reservepositie, de staat van onderhoud van ge
bouwen en een optimalisatie van kosten voor Administratie, Beheer en Bestuur
7.a Zodat deze bestemmingsreserve met als doei bestuursmiddelen bobob, voor een breder doei
kan worden ingezet dan alleen kosten administratie, beheer en bestuur.
Deze bestemmingsreserve kan nu alleen worden ingezet ten behoeve van kosten van administra
tie, beheer en bestuur van de bobob. Uit de analyses van de te verwachten rijksvergoedingen, de
reservepositie en de te verwachten kosten voor enerzijds meer jaren onderhoud en anderzijds
administratie beheer en bestuur, blijkt dat er de komende 10 jaren vooral extra middelen
benodigd zijn voor onderhoudskosten.
I.b Door verbreding van het doei van de bestemmingsreserve kan deze reserve worden ingezet
voor alle kosten van de bobob.
Zoals reeds bij punt 2.1. benoemd zal de reserve voor het grootste deel worden ingezet voor de
gemeentelijk bijdrage in de kosten van meer jaren onderhoud van de schoolgebouwen en voor de
doorbetalingsverplichting die voor de vergoeding van deze kosten geldt.
1.c De benodigde gemeentelijke bijdrage in het meer jaren onderhoud bedraagt 300.000; en de
hiermee verbonden doorbetalingsverplichting aan het bijzonder onderwijs 100.000.
De gemeentelijk bijdrage in het meerjaren onderhoud is gebaseerd op het meerjaren onderhoud
plan en de hiermee gemoeide kosten en rekening houdend met de te ontvangen rijksbijdrage en
de reservepositie. Hierbij is tevens rekening gehouden met de nieuwbouw van de scholen in Grou
en Akkrum en in Wergea. De kosten en vergoedingen voor deze schoolgebouwen zijn vanaf res
pectievelijk 2010 voor Grou en Akkrum en vanaf 2013 voor Wergea buiten beschouwing gelaten.
l.d.De ontwikkeling en implementatie van het beleidsrijke meerjarenperspectief is een essentieel
document voor de uitvoering van de aan de gemeente opgelegde bepalingen voor de uitvoe
ring en het in stand houden van het openbaar onderwijs..
Vanaf 1 augustus 2006 is de lump sum financiering van het openbaar onderwijs ingegaan. Deze
nieuwe vorm van financiering vraagt door de toegenomen beleidsvrijheid meer dan ooit om helde
re beleidsbepaling en daaraan gekoppelde inzet van middelen.
3 10 uitwerkingsovereenkomst bestuurscie oo 2006/szmm/2