Bijlage bij het verslag van de raadsvergadering van 23 januari 2007.
Tekst uitgesproken door mevr. Siegersma bij agendapunt 3.2
Ik zal mezelf eerst even voorstellen: mijn naam is Lies Siegersma werkzaam bij adviesbureau
Tensis (voorheen Sinnema) uit Berlikum. Ik ben adviseur voor de werkgroep Bedrijventerrein
Reduzum en spreek namens deze werkgroep.
Wij hebben kennis genomen van het besluitvormend raadsvoorstel waarin wordt voorgesteld
om in principe medewerking te verlenen aan het bouwplan voor het vergroten van een
bedrijfsloods op het perceel Overijsselsestraatweg 6-A te Reduzum, middels een
vrijstellingsprocedure krachten artikel 19 lid 1 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening onder
de voorwaarde dat het zicht vanaf het buitengebied op de loods wordt beperkt door groene
beplanting.
Eveneens hebben wij de ter inzage liggende stukken bekeken. Het viel ons op dat bij het
onderdeel argumentatie van het voorliggende voorstel een aantal punten zijn genoemd, maar
de ontwikkeling van het bedrijventerrein van Reduzum wordt niet genoemd. Dit vinden wij
een vreemde zaak, daar de raad van uw gemeente op 21 september 2004 al het besluit heeft
genomen om in principe medewerking te verlenen aan de realisering van een kleinschalig
bedrijventerrein in Reduzum. Sinds september 2006 ligt er een ruimtelijke onderbouwing, met
bijbehorende bestemmingsplanvoorschriften en plankaart voor de invulling van het te
ontwikkelen bedrijventerrein bij de gemeente.
Het perceel van Overijsselsestraatweg 6-A grenst aan het te ontwikkelen gebied van het
bedrijventerrein. De planvorming is zodanig dat het positief van invloed is op de uitbreiding
van genoemd perceel. Er zijn meerdere malen gesprekken geweest met de eigenaar van het
transportbedrijf met name over een groene buffer tussen het perceel van het transportbedrijf
en het bedrijventerrein. Hierover is zelfs overeenstemming bereikt. Aan de zuidkant van het
perceel is rekening gehouden met een groenstrook van 10 meter breed en aan de westkant
van het perceel waar ook de uitbreiding van de bedrijfsloods plaatsvindt wordt rekening
gehouden met een groenstrook van 15 meter breed. Zoals in het voorstel wordt aangegeven
is het een voorwaarde dat er groene beplanting aan de achterzijde van de loods wordt
aangebracht om het zicht te beperken. In het uitgewerkte plan van het bedrijventerrein is een
groene buffer meegenomen, welke een goede afscherming geeft tussen de bestaande
bebouwing en eventuele uitbreiding en de te ontwikkelen bedrijvigheid.
Ten aanzien van het onderdeel Kanttekening in het voorliggende voorstel wil ik het volgende
opmerken. Er wordt aangegeven dat de heer Bakker voor de opslag van units en containers
een oplossing moet bedenken. In het verslag van het locatie bezoek van 28 november 2006
wordt een oplossing aangegeven. Er staan 3 containers op het perceel en een unit. De
aangedragen oplossing is namelijk 1 container verwijderen en de goederen stallen in de te
bouwen verlenging van de bedrijfloods. Voor de 2 andere containers een andere oplossing:
een aan te vragen afdak aan de westkant van het terrein, waarbij een afscheiding moet
zorgen voor de inbedding van gebouwen. Voor de unit wordt ook voorgesteld deze te
verplaatsen naast het gronddepot (eveneens aan de westkant te situeren). Tevens wordt er
een tijdelijke vergunning verlangd voor het stallen van units en containers op het perceel.
Zoals uit voorgaande blijkt, dient er ook een reguliere bouwaanvraag te worden ingediend
voor een afdak, waarom wordt dit niet gelijk meegenomen en waarom zijn de voorwaarden
ook niet direct meegenomen in dit voorstel. Zoals in het verslag locatiebezoek is aangegeven
was de reden voor het bezoek de geweigerde bouwaanvraag voor het oprichten van een unit
en containers alsmede het wegnemen van irritaties. Reden te meer om deze zaken nu wel in
1 keer goed af te stemmen en vast te leggen.
Samenvattend: