CONVENANT- tussen de Gemeente Boarnsterhim, de Coöperatie De Bird, de Belangenvereniging De Burd en de Vereniging van Eigenaren Suder Burd omtrent de bedieningstijden en tarieven van de veerpont De Burd ONDERGETEKENDEN 1- de Gemeente Boarnsterhim, gevestigd te Grou, in dezen krachtens artikel 171 van de gemeentewet vertegenwoordigd door haar burgemeester, de heer Y. Dijkstra, op basis van het besluit van het college van burgemeester en wethouders van 17 maart 1998, nr 26, en onder het voorbehoud dat de gemeenteraad conform het voorstel van het college zal besluiten op 21 april 1998, hierna te noemen de gemeente* 2- de Coöperatie De Bird, gevestigd te Grou, blijkens haar statuten rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar voorzitter, de heer G. van der Meer, ter uitvoering van het besluit van haar Buitengewone Ledenvergadering van 9 december 1997, 3- de Belangenvereniging De Burd, gevestigd te Leeuwarden, blijkens haar statuten rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar voorzitter, de heer ir H. Snoekc, en haar secretaris, de heer P.F. Beek, ter uitvoering van het besluit van het dagelijks bestuur van 6 maart 1998, 4- de Vereniging van Eigenaren Suder Burd, zetelende te Boarnsterhim, blijkens haar statuten rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar voorzitter, de heer A.W. de Jong, en de heer D. Sluijmer, ter uitvoering van het besluit van de Algemene Ledenvergadering van 7 maart 1998, hierna te noemen de verenigingen' OVERWEGENDE dat de gemeente een vaarpont exploiteert over het Prinses Margrietkanaal tussen Yn 'e Lyte en de Burd volgens een door de raad van de gemeente vastgestelde bedien ingstij den regeling en vastgestelde tarieven, dat gedurende de buiten de vastgestelde bedieningstijden liggende perioden de twee roei- schouwen in de vaart had om bewoners en bezoekers van de Burd in de gelegenheid te stellen naar en van het eiland te komen, dat door de toegenomen intensivering van de scheepvaart, de toegenomen grootte van de vrachtschepen, de kanaalverbreding en kanaalverdieping geschikt voor schepen van de klasse Va, de inzet van de roeischouwen niet langer veilig en verantwoord is, dat de gemeente de twee roeischouwen op 9 februari 1998 uit de vaart heeft genomen, dat het uit de vaart nemen van de roeischouwen ingrijpende sociale gevolgen voor vaste bewoners, eigenaren en gebruikers van woningen en vakantieverblijven, en bezoekers heeft, dat door de verenigingen op 9 februari 1998 een voorstel voor een tijdelijke oplossing voor het verlengen van de bedieningstijden en haar eenmalige financiële bijdrage daarin is g»riaan vooruitlopend op besluitvorming over een duurzame regeling, waarover op hoofdlijnen tussen gemeente en de besturen van de verenigingen overeenstemming bestaat, dat de tijdelijke oplossing door de gemeente is aanvaard en als avondregeling van 9 februari tot en met 14 maart 1998 wordt uitgevoerd, inmiddels uitgebreid tot 1 april 1998, dat de verenigingen formeel bezwaar hebben aangetekend tegen het besluit van burgemeester en wethouders, dat de gemeente zich bewust is van de op haar rustende plicht op grond van artikel 160 van de Gemeentewet omtrent de zorg die de gemeente in acht moet nemen tot de instandhouding, bruikbaarheid, vrijheid en veiligheid van o m. veren etc. ■Jat beide partijen uitspreken te streven naar een duurzame regeling, door de verenigingen beschouwd als een periode van minimaal 10 jaar, waarbij beide partijen zich actief zullen inspannen een zo gunstig mogelijke exploitatie van de pont De Burd te realiseren,

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2007 | | pagina 71