îÄXî ca,e3oriaai karak-
dDaea',rsStrdfofTa:raaan„dae o^sMnwlT h°°9,e to"h»
Mocht evenwel het toepassen wan Ho wam-w
20 WWB onredelijke uitkomsten aeven dan hrT+9R°P d° Jongerennorm v*n artikel
van artikel 18 lid 1 WWB de bijstand hóoar 't C°"e9e bevoe9d om op grond
situaties moet het college gebrukmatek,n uitzonder,iika
ge gebruik maken van zijn bevoegdheid tot individualiseren.
Het is niet rinogelijk om aan jonqeren tussen ir Dn n
verstrekken. Uit de redactie van artikel 25 WWB blijkt dat 'e
worden verstrekt aan personen van 21 iaar W r* o f toes,ag al,een kan
schoolverlaters' kan nis, worden ?oeg pas ^28^ '^9'"9
artikel 25 WWB. MmK:el 28 WWB verwijst namelijk naar
afwijking vtt'oitTTo^erero^1"9 °m "2° ™di9
bijstand- de bijstand anders vast stellen 'ate daTa^M"Hd8 h°°9te "an de
mogelijkheden en middelen van belanah'ebhenHe °P omstand|9heden,
lid 4 WWB. De individualiseringspncht oeHt p °PP°rtyUh is' «it artikel 30
Toeslagenverordening niet vooSe Omh ?ltUatî88 Waarin de
Toeslagenverordening geen misverstand téTten' bestaan ^06"^'"9
deze plicht expliciet in de Toeslagenverordening op te nemen.'
Artikel 3
hoofdverblijf heef, is verplicht op grond
Als in de woning een ander zijn hoofdverbl.ff h?»ff 1 °"der a
worden nie, van belang. Da, is een zel,
moat -ach- -
Zijn plaats. In de toeslagenverordenina fe Hpp Unnan worden. Een toeslag blijft op
procent van de gehuwdennorm ongeacht het'a^tal and™ Van 10
hoofdverblijf heeft. Als er nog meer anderen in Hp ran dat In de woning zijn
hebben, kan er echter niet ^11? 06 W°n,ng hun hoofdverblijf
tot nog duidelijk d« hrt d8hn V3n ka-en
ni6t in d* "om, begrepen
dat zij kunnen bijdragen in de kosten van he't ®ren waardoor het niet aannemelijk is,
Personen die in de woning hun hooMvel^H hh"n"' meete"en 3,3
overwogen dat in de WeÄ^^^^ P88^ nadrukkelijk
onderwijsbijdrage en schoolkostpn pan th 9 1 te9emoetkoming
bedrag wordt verstrekt thu,3wonande «udenten reeds een lager
be9repa" -« aan da
vastgesteld of de
u! o van artikel 3 lid 3 van toepassing zijn.
9
