gedeputeerde staten moet worden medegedeeld. (21-09-2007) Jetze üodewijks - gemeenschappelijke regeling 2006.doc -Page «7 Rekening 1 Van de inkomstenen uitgaven wordt door het dagelijks bestuur over elk kalenderjaar verantwoording gedaan aan het algemeen bestuur onder overlegging van de daarbij behorende bescheiden 2. Het daqelijks bestuur voegt daarbij een verslag van een onderzoek naar de deugdelijkheid van de rekening, ingesteld door de overeenkomstig artikel 213 der Gemeentewet aangewezen deskundige, alsmede hetgeen het te harer verantwoording dienstig acht- 3 Het algemeen bestuur stelt de rekening van het voorafgaande jaar vóór 1 juli vast en zendt deze binnen twee weken na de vaststelling, doch in ieder geval vóór 15 juli aan gedeputeerde staten. Van de vaststelling doet het dagelijks bestuur mededeling aan de raden van de gemeentea 4. De vaststelling van de rekening stelt het dagelijks bestuur tot decharge, behoudens later in rechte gebleken onregelmatigheden. 1. Mocht enig exploitatiejaar een batig saldo opleveren, dan zal dit saldo worden toegevoegd in de 2. MochtTnîg'exptotetiejaar een nadelig saldo opleveren, dan zal het exploitatietekort in beginsel worden gedekt uit de algemene reserve. 3 Het algemeen bestuur kan beslissen uitkeringen uit de algemene reserve te doen ten gunste van de gemeenten in de verhouding van de in artikel 17 van deze regeling, derde en vierde lid, bedoelde bijdrage. Uitkeringen kunnen alleen plaatsvinden indien en voorzover de algemene reserve hoger is dan de kapitaalverstrekking aan de deelnemingen vermeerderd met de aan deelnemingen uit eigen middelen verstrekte financieringen, blijkend uit de laatst en niet meer dan één jaar qeleden vastgestelde rekening. 4 Structurele tekorten in de algemene reserve zullen door de gemeenten worden aangezuiverd verhouding van de in artikel 17 van deze regeling, derde en vierde lid, bedoelde bijdrage. Het alqemeen bestuur bepaalt wanneer sprake is van een structureel tekort, mede gehoord gedeputeerde staten en de accountant als bedoeld in artikel 213, lid 2, van de Gemeentewet. Archief 1 Het dagelijks bestuur draagt zorg voor de archiefbescheiden van de organen van deze gemeenschappelijke regeling. Het algemeen bestuur stelt hiertoe een regeling vast, welke aan 2. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 33 Archiefwet 1995 oefenen gedeputeerde staten toezicht uit op de in het vorige lid omschreven taak. 3. De secretaris is belast met het beheer van de archiefbescheiden voor zover die niet zijn overqebracht naar de archiefbewaarplaats van de gemeente Sneek. 4. Na opheffing van de gemeenschappelijke regeling worden de nog aanwezige archiefbescheiden overgebracht naar de archiefbewaarplaats van de gemeente Sneek. Toetreding, uittreding 1. Toetreding door andere gemeenten vindt plaats, indien tweederde van de deelnemende qemeenten daarin bewilligt. 2. In een besluit als bedoeld in het vorige lid kan de toetreding afhankelijk worden gesteld van bepaalde door het algemeen bestuur te stellen voorwaarden. 3 De toetreding gaat in op 1 januari van het jaar volgende op de datum van bericht van zowel de qemeenten als van gedeputeerde staten dat zij kunnen instemmen met respectievelijk qoedkeuring verlenen aan de met het oog daarop noodzakelijke wijziging van deze regeling. 4. Een gemeente kan bij een daartoe strekkend besluit van de raad en het college van burgemeester en wethouders uit de regeling treden. 5. Het algemeen bestuur regelt in geval van een voorgenomen uittreding de financiële en overige verplichtingen van de betreffende gemeente. 6. Uittreding vindt plaats op 1 januari na de datum waarop de inschnjving in het register als bedoeld in artikel 27 WGR heeft plaatsgevonden, doch niet eerder dan twee jaren na de datum van het uittredingsbesluit van de betreffende gemeente. Gemeenschappelijke regeling Fryslân-West

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2008 | | pagina 71