in 2008 aangetrokken, maar is er wel voor 3,7 miljoen afgelost. Doordat de schuld hoger ligt is de jaarlijkse aflossing uiteraard ook hoger dan begroot. Voor een meer uitgebreide toelichting op genoemde bedragen wordt verwezen naar de toelichting op de balans. De verhouding tussen eigen en vreemd vermogen volgens de rekening 2008 bedraagt per 31 december 2008 3%. Ten opzichte van de begroting is deze verhouding enigszins gedaald. In feite kan op basis hiervan niet anders dan de conclusie worden getrokken dat de financieringspositie en de solvabiliteit van de gemeente is verslechterd. 4.3 Risicobeheer Renterisico Renterisico kan worden omschreven als het gevaar van ongewenste veranderingen van de (financiële) resultaten van de gemeente door rentewijzigingen. Het beleid van de gemeente Boarnsterhim is er op gericht dit renterisico zo laag mogelijk te houden. Het renterisico wordt onderverdeeld in het renterisico op de vlottende schuld (kasgeldlimiet) en het renterisico op de vaste schuld (renterisiconorm). Onder kasgeldlimiet wordt verstaan de gemiddelde netto vlottende schuld per jaar. Als grondslag van de wettelijk toegestane omvang van de kasgeldlimiet wordt aangehouden de omvang van de jaarbegroting per 1 januari voor het gehele begrotingsjaar. Voorts wordt de toegestane omvang van de kasgeldlimiet berekend via vermenigvuldiging van deze omvang met het percentage (8,5%) zoals vastgesteld bij ministeriële regeling. Tenslotte wordt het aldus berekende bedrag getoetst aan de geraamde omvang van de kasgeldlimiet. Indien de geraamde omvang lager is dan de wettelijke toegestane omvang, is er sprake van ruimte; indien de geraamde omvang hoger is dan de wettelijke toegestane omvang, is er sprake van overschrijding. Er is een overzicht van de liquide middelen met een rentetypische looptijd van korter dan 12 maanden versus de kasgeldlimiet opgesteld over de periode 2002-2008. Daaruit blijkt dat de kasgeldlimiet in het verleden regelmatig werd overschreden. Pas ingaande 2008 is het saldo van de liquide middelen met een rentetypische looptijd 12 maanden - als gevolg van de afgesloten langlopende leningen van 2007 - positief. Daarbij moet wel bedacht worden dat er sprake is van een geconsolideerd overzicht. De liquide middelen van de Bobob en van Tusken de Marren zijn in het bovenstaande opgenomen. Indien deze middelen uit de kwartaalrapportages worden verwijderd, ontstaat een nog negatiever beeld: naast het jaar 2008 is alleen in het 3e kwartaal van 2005 voldaan aan de wettelijk vastgestelde kasgeldlimiet. 68 Liquiditeitspositie vs. kasgeldlimiet 2.000 - - -2.000 -4.000 -6. OOO -e.ooo -10.000 -12.000 Liquide middelen I Kasgeldlimiet

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2009 | | pagina 225