TOELICHTING PROGRAMMAREKENING
5. WERK EN BESTAANSZEKERHEID
Realisatie
Begroting
Begroting
Realisatie
vóór wijziging
na wijziging
2007
2008
2008
2008
Baten
3.752.347
3.844.791
6.106.678
6.248.079
Lasten
7.483.720
7.868.373
10.404.431
9.644.638
Resultaat voor bestemming
-3.731.373
-4.023.582
-4.297.753
-3.396.560
Toevoeging/onttrekking reserves
0
0
0
0
Resultaat na bestemming
-3.731.373
-4.023.582
-4.297.753
-3.396.560
Het resultaat op dit programma over 2008 is
V
901.193
De belangrijkste verschillen tussen de realisatie en de begroting né wijziging zijn:
5.1 WWB Inkomensdeel
V
370.700
5.2 WWB Werkdeel
N
41.200
5.3 Bijzondere bijstand
N
30.900
5.4 WMO
V
541.200
5.5 Tijdelijke huisvesting kinderopvang
V
34.700
5.6 Saldo overige verschillen
V
26.600
Per saldo
V
901.200
Toelichting:
5. 1 WWB Inkomensdeel
De werkelijke uitkeringkosteri bedroegen over 2008 bijna 2.246.300. In de begroting werd
een bedrag geraamd van 2.550.800. Dit betekent dat er ten opzichte van de begroting een
onderuitputting op de uitkeringslasten is gerealiseerd van circa 304.500. Desalniettemin
ontstaat er toch ook over 2008 een aanzienlijk tekort op het inkomensdeel van de WWB. Dit
wordt veroorzaakt door het feit dat de uitkeringslasten niet (volledig) kunnen worden
gefinancierd uit de hiervoor van het Rijk (ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid)
beschikbaar gestelde middelen.
Ten behoeve van de financiering van de bijstandsuitgaven wordt van het ministerie van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid (SZW) een budget ontvangen. Als de gemeente hierop overhoudt,
mag dit overschot worden behouden. Een eventueel tekort dient binnen de eigen gemeentelijke
exploitatie te worden opgevangen. Over 2008 is van het Ministerie van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid (SZW) een budget ontvangen van 1.928.405. Ten opzichte van de
daadwerkelijke kosten van 2008 2.152.616) betekent dit dat er een tekort is ontstaan van
ruim 224.000. Bij de invoering van de WWB heeft het Rijk voor de gemeenten een
hardheidsclausule ingebouwd. Dat wil zeggen dat indien het tekort van de gemeente een bedrag
overschrijdt van 10% van het toegekende budget (in casu 10% van 1,9 min. 192.841),
het meerdere onder bepaalde voorwaarden wordt vergoed.
172