Aan personele invulling is 1 fte noodzakelijk om alle beheerzaken en -taken (bijv. bijhouden be
heersystemen en -data, applicatiebeheer enz.) uit te (laten) voeren maar daarnaast zal het werk
wat uit de beheerplannen voortvloeit ook voorbereid en uitgevoerd moeten worden. Daarvoor
wordt eveneens 1 fte voor noodzakelijk geacht. De kosten hiervan zullen (tezamen) €140.000,00
per jaar bedragen.
Het bedrag aan achterstallig onderhoud wordt op ruim 34 miljoen geraamd. Een enorm bedrag.
Uit praktische overwegingen wordt voorgesteld voor het begrotingsjaar nog niet volledig reke
ning te houden met de uitkomsten van de opgestelde beheerplannen. Het budget voor 2009,
conform besluiten, genomen in de begrotingsraad 2009, te bepalen op 4.222.695 regulier
budget 1 miljoen). Tevens kennis te nemen van het ten laste van het budget 2009 dekken
van personele kosten (i.c. 1fte beheerder en 1fte werkvoorbereider) en de aan
schaf/implementatie van benodigde hard- en software.
Dekking
In het Financieel Herstelplan is voor de gevolgen van de beheerplannen met een budgetuitzetting
van -voorshands- 1 miljoen per jaar rekening gehouden. Hieruit kan het incidentele bedrag voor
de instrumentele invulling gedekt worden. Het restant kan dan worden ingezet voor onderhouds
werkzaamheden en volgende jaren is dat gehele bedrag daarvoor dan beschikbaar. De kosten van
de beheerder zijn structureel en dienen bij (noodzakelijke invulling dit jaar ook ten laste van dit
bedrag te worden gebracht. De kosten van de werkvoorbereiding c.a. is in de geraamde bedragen
voor onderhoud opgenomen en kunnen daaruit dan gedekt worden.
Gegeven het tekort is dat bedrag van 1 miljoen nog onvoldoende en zal er dus nog eens ruim
2 miljoen budgetuitzetting noodzakelijk zijn. In de situatie waar Boarnsterhim in verkeert zal
het bepaald niet eenvoudig zijn de geraamde structurele budgetten te honoreren.
De reguliere systematiek voor groot onderhoud op basis van vastgestelde beheerplannen is dat
gewerkt wordt met een bestedingsplan waarbij het gemiddelde bedrag jaarlijks als toevoeging
aan de desbetreffende onderhoudsvoorziening in de begroting van baten en lasten wordt opge
nomen. Zo ontstaat een gelijkmatige belasting in de exploitatie waarbij de groot-
onderhoudsuitgaven rechtstreeks op de voorziening worden verantwoord (dus buiten de exploita
tie).
In tegenstelling tot de reguliere systematiek waarbij jaarlijks een storting in de diverse onder-
houdsvoorzieningen wordt gedaan, moeten de ramingen van het achterstallig onderhoud, in totaal
geraamd op 34 miljoen, direct in de begroting van baten en lasten worden opgenomen. Ge
noemd bedrag zal vanaf het begrotingsjaar 2010 gefaseerd in de meerjarenraming worden opge
nomen. In het kader van de artikel 12 status Financiële Verhoudingen Wet (F^W) speelt dit een
rol voor het bepalen van het relevante begrotingstekort. Dit tekort is uitgangspunt voor het bepa
len van de saneringstaakstelling die in samenwerking met het rijk bepaald gaat worden. Het Rijk
hanteert overigens eigen financiële normen (sowieso een korting van 25%) waar het gaat om de
beheerplannen en het achterstallig onderhoud. Een en ander betekent dat de 34 miljoen gedeelte
lijk zal worden gedekt uit de aanvullende uitkering van het gemeentefonds.
Er is overleg gevoerd met:
Ondersteunende Diensten, cluster financiën, cluster l&A, voli
Toetsing conform beslisboom (argumentatie)
UITGAVEN:
Pagina 4
3 05 beheerplannen 2009/owjt/4