1De voorzieningen die op grond van de Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand 2006 gemeente Boarnsterhim aan personen als bedoeld in artikel 10, eerste lid, van de Wet werk en bijstand, kunnen worden aangeboden, kunnen door het college worden ingezet voor het vaststellen van de inhoud van het werkleeraanbod. 2. In afwijking van het eerste lid, kunnen de volgende voorzieningen niet worden ingezet: a. onbeloonde additionele arbeid; b. premies voor werkaanvaarding of scholing; c. vrijlating van inkomsten, en d. onkostenvergoeding voor vrijwilligerswerk. Artikel 3. Het verlagen van de inkomensvoorziening De regels met betrekking tot het verlagen van de inkomensvoorziening, bedoeld in artikel 12, eerste lid, onderdeel b, van de wet, luiden als volgt: 1Voor de toepassing van artikel 41eerste lid, van de wet, is de Afstemmings- en fraudeverordening Wet werk en bijstand 2006 gemeente Boarnsterhim van overeenkomstige toepassing. 2. Voor het verlagen van de inkomensvoorziening als gevolg van schending van de inlichtingenplicht, bedoeld in artikel 44, eerste lid, van de wet, is artikel 14 van de Afstemmings- en fraudeverordening Wet werk en bijstand 2006 gemeente Boarnsterhim van overeenkomstige toepassing. 3. Voor het verlagen van de inkomensvoorziening als gevolg van schending van de overige verplichtingen, bedoeld in artikel 45, van de wet, zijn de artikelen 8 t/m 13 van de Afstemmings- en fraudeverordening Wet werk en bijstand 2006 van overeenkomstige toepassing. 4. Voor het verlagen van de inkomensvoorziening als gevolg van zeer ernstige misdragingen als bedoeld in artikel 41, eerste lid, van de wet, is artikel 11, punt 3, van de Afstemmings- en fraudeverordening Wet werk en bijstand 2006 gemeente Boarnsterhim van overeenkomstige toepassing. Artikel 4. Het bestrijden van misbruik en oneigenlijk gebruik De regels met betrekking tot het bestrijden van misbruik en oneigenlijk gebruik, bedoeld in artikel 12, eerste lid, onderdeel c, van de wet, luiden als volgt: De in de Afstemmings- en fraudeverordening Wet werk en bijstand 2006 gemeente Boarnsterhim gestelde regels, zijn van overeenkomstige toepassing. Artikel 5. Cliëntenparticipatie De regels met betrekking tot de wijze waarop jongeren of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de wet, luiden als volgt: De in de Verordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand 2005 gemeente Boarnsterhim gestelde regels, zijn van overeenkomstige toepassing. Artikel 6. Het verhogen en verlagen van de norm De regels met betrekking tot het verhogen en verlagen van de norm, bedoeld in artikel 1 2, eerste lid, onderdeel e, van de wet, luiden als volgt: 3

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2009 | | pagina 136