heeft het college de keuze gemaakt om eenduidig de term "verordening te hante
ren. Dit op basis van de volgende argumenten:
- De WIJ treedt in werking per 1 oktober 2009. Op grond van artikel 12 van
de WIJ stelt de gemeente bij verordening regels met betrekking tot: in
houd werkleeraanbod, verlagen bedrag inkomensvoorziening, bestrijden
van misbruik en oneigenlijk gebruik, de wijze waarop jongeren worden be
trokken bij de uitvoering van de wet en het verhogen/verlagen van de
norm. Aangezien deze regels op grond van landelijke wetgeving per 1 ok-
i tober 2009 bij verordening vastgesteld moeten worden, is het ons inziens
noodzakelijk om ook de voorliggende tijdelijke regels bij verordening te la
ten vaststellen.
Een verordening biedt in het kader van rechtszekerheid het meeste hou
vast voor inwoners van de gemeente. Naast het feit dat een gemeente er
sowieso aan gehouden is om uitvoering te geven aan de artikelen in de
verordening, heeft de gemeente ten aanzien van de inwerkingtreding van
een verordening een publicatieplicht. Bovendien zijn gemeentelijke veror-
deningen voor inwoners relatief eenvoudig op te vragen via de gemeente-
lijke internetpagina. Daarnaast geldt ook ten aanzien van de intrekking van
de verordening een publicatieplicht. Hiermee worden inwoners van de ge
meente ons inziens goed geïnformeerd over besluiten van de gemeente
raad in dit kader.
c De artikelsgewijze toelichting op de verordening geeft aan dat uit de wetsgeschie
denis blijkt dat de in het 2e lid van artikel 2 genoemde voorzieningen niet kunnen
worden ingezet voor jongeren omdat hun afstand tot de arbeidsmarkt nog niet zo
danig groot is dat dergelijke voorzieningen beschikbaar zouden moeten worden ge
steld ter invulling van het werkleeraanbod. Naar aanleiding van de opmerking van
de cliëntenraad is ambtelijk gekeken naar de wetsgeschiedenis (handreiking invoe-
rinq WIJ voor gemeenten en de Memorie van Toelichting WIJ). De handreiking in
voering WIJ sluit aan bij hetgeen in de artikelsgewijze toelichting wordt vermeld.
De Memorie van Toelichting bij de wet spreekt echter van uitzonderingssituaties
waarbij er sprake kan zijn dat de gemeente - omdat er vanwege de afstand tot de
arbeidsmarkt geen alternatieven zijn- in samenspraak met de jongere, bij wijze van
maatwerk, een werkleeraanbod kan doen dat voorziet in een periode waarin onbe-
loonde additionele arbeid wordt verricht. Omdat de WIJ in principe beoogt dat de
voorziening "onbeloonde additionele arbeid" niet ingezet hoeft te worden maar uit
de Memorie van Toelichting blijkt dat in uitzonderlijke gevallen de mogelijkheid be
staat om maatwerk te bieden, wordt door het college voorgesteld de tekst in de
verordening bij artikel 2, 2e lid njet te wijzigen maar in uitzonderlijke gevallen hier
van af te wijken onder gebruikmaking van artikel 7, 2e lid. Dit uiteraard alleen in die
gevallen waarbij onbeloonde additionele arbeid voor de betreffende jongere als het
beste re-integratieinstrument gezien wordt,
d. Deze tekstuele aanpassing wordt in de definitieve versie van de verordening opge-
4. Als gemeente onderschrijven wij de bezwaren die tegen de invoering van de wet zijn inge
diend door o.a. VNG, Divosa, FNV Vakcentrale en FNV Jong. Onze landelijke wetgev
heeft er - ondanks de bezwaren - toch voor gekozen de WIJ in te voeren. Als gemeente
zijn wij er vervolgens aan gebonden om uitvoering te geven aan de WIJ.
Tot zover de reactie van het college ten aanzien van het advies van de cliëntenraad. Wij hopen
dat het advies van de cliëntenraad en de reactie van het college zal bijdragen aan een goede be
sluitvorming.
Pagina 2
ractie college advies clienteriraad1/2
2/3