konvenant iepen te brekken? Dan it léste programma, de bedriuwsfiering. De FNP hat de yndruk
dat der mear stabiliteit yn de organisaasje kommen is mei folie minder eksterne ynhier. Der moat
no mear klantrjochte wurke, want it tal beswierskriften is omheech gongen. Hoe wol it kolleezje
dér gehoar oan jaan?
De hear Zijlstra seit dat it CDA posityf is oer de jierrekken en it jierferslach en him fine kin yn it
foarstel dat derby heart. Op 28 april ha we yn de auditkommisje mei de accountant, de
portefúljehâlder en in tal amtners in goede byienkomst hén. De fragen binne doe goed
beäntwurde. De goedkarrende ferklearring foar de rjochtmjittigens is ek it punt fan soarch foar it
CDA. Der is yn oerlis mei de accountant in projektplan foar opsteld, stiet yn it stik. Yn it stik stiet
ek dat der yn de twadde helte fan 2010 mei oan de slach gien wurdt. Ha we dan takom jier
yndie in goedkarrende ferklearring oer 2010?
Wethouder Van Beek merkt op dat de analyse van de heer Galama correct is. Er is inderdaad
sprake van een keerpunt, maar dat is geen reden om te juichen. De FNP zegt dat het niet
dramatisch slecht is, maar als we kijken naar onze financiële positie klopt die opmerking niet. Het
onderwerp rechtmatigheid krijgt terecht veel aandacht. Vorig jaar heeft hij tegen de raad gezegd
dat het college zijn best zou doen om over 2009 de toets der rechtmatigheid te kunnen
doorstaan. Er zijn inderdaad stappen voorwaarts gezet, maar we hebben de toets niet kunnen
doorstaan. Voor 2010 moet dit wel gebeuren en de kans is groot dat we dat nu wel gaan redden.
Er is een plan van aanpak vastgesteld en de accountant is in de loop van het jaar actief betrokken
bij het monitoren. Dan lijkt de tweede helft van 2010 wat laat om te beginnen, maar dat valt wel
mee, omdat we nagenoeg alle administratieve en organisatorische procedures al hebben
beschreven. Het komt nu aan op controle en zorgvuldig administreren en de wethouder heeft er
alle vertrouwen in dat het nu wel moet lukken. Als we het vertrouwen van provincie en Rijk
willen behouden bij onze financiële administratie, dan moeten we aan de rechtmatigheidstoets
voldoen. Mevrouw Esser vraagt naar de nota M&O. Daarover is gesproken met de accountant en
we gaan pragmatische afspraken maken en geen grote nota's optuigen, aldus de wethouder. De
1,6 miljoen is niet bedoeld om iets te realiseren in Grou-Noord, maar is een reserve die we pas
nodig gaan hebben als we niet kunnen realiseren wat we denken dat we gaan realiseren. Op de
vragen van de heer Posthumus zegt de wethouder dat het een ongewis project is. Het project is
nog niet in exploitatie genomen. Het college is met de provincie in gesprek om een goed plan op
te stellen, dat door de provincie beloond wordt met een contingent en geld. Daarna kunnen we
pas iets aan marketing en acquisitie gaan doen. De gemeente wil dit project niet zelf realiseren.
Er is een risico, daarom is in overleg met de accountant, provincie en het Rijk deze voorziening
van 1,6 miljoen euro getroffen. Op de vraag van de heer Frensel zegt de wethouder dat er
eenmaal per maand contact is met provincie en Rijk in het tripartite overleg. Daarover is over de
uitkomst van de jaarrekening gesproken. Morgen is er weer een tripartite overleg. De provincie en
het Rijk zijn akkkoord gegaan met wat er tot nu toe is voorgesteld. De heer Posthumus heeft
gevraagd om tussentijdse informatie over grotere projecten. In de planning en control-cyclus zijn
bepaalde momenten waarop we bijstellingen kunnen plegen en dat zijn de voorjaarsnota en de
najaarsnota. Het negatieve saldo bij punt 5 voor de afschrijving van een gebouw van de
kinderopvang is een nalatigheid. Bij de voorziening voor risicovolle debiteuren zijn opmerkingen
gemaakt door de accountant en die zal het college volgen. Dat veel gedetailleerde informatie
ontbreekt in deze jaarrekening is een bewuste keuze van het college. We concentreren ons nu op
de hoofdlijnen. De herstructurering is een moeilijk dossier. Het convenant zoals het er ligt is een
last. Het college is het eens met de woningbouwcorporatie dat in elk geval twee grote projecten
uitgevoerd zouden moeten worden, nl. Akkrum Sinnebuorren en Grou Prinsessenbuurt. Provincie
en Rijk stellen bij dit soort uitgaven wel de voorwaarde dat het noodzakelijk moet zijn.
Wethouder De Haan zegt op de vraag van de heer Posthumus waarom we ineens zoveel meer
uitgeven aan de WMO en alfahulp dat het niks te maken heeft dat er meer vraag naar is. Er is
een wettelijke verandering geweest t.a.v. de alfahulpen, die dan wel op de loonlijst bij de
thuiszorgorganisaties moesten, dan wel helemaal zelfstandig worden. De klant moet dan als
werkgever optreden. De keus is aan de klant en die kiest voornamelijk voor alfahulpen die op de
loonlijst van de thuiszorgorganisaties komen. Dat betekent dat de landelijke wetgeving ervoor
Pagina 3