bundelen van de beroepsondersteuning voor de brandweer en het structureren van de relatie met de vrijwilligers van de brandweer. Daarbij bestaat het besef, dat samenwerking tussen beide gemeenten vergroting van de noodza kelijke slagvaardigheid betekent en minder kwetsbaarheid voor de gemeente Boarnsterhim als ge volg van efficiency- en effectiviteitwinst. Als bijkomend voordeel wordt de rechtsgelijkheid in het brandveiligheidsbeleid genoemd die als gevolg van samenwerking tussen beide gemeenten wordt bevorderd. Een en ander zal worden vormgegeven binnen het Samenwerkingsverband Brandweer Midden Fryslân waarin Brandweer Boarnsterhim en Brandweer Leeuwarden participeren. Argumenten: De Arbeidsinspectie en de Inspectie voor Openbare Orde en Veiligheid hebben in 2006 en 2007 bij inspecties van de brandweerkorpsen in Nederland de vinger gelegd op het onvoldoende inzicht in de veiligheidsrisico's die zich voordoen bij de inzet van de brandweer1. Aandachtspunten waren de risico-inventarisatie en -evaluatie voor de brand- en ongevalbestrij- ding, het werken op hoogte, het onderhoud van de adembescherming en het realistisch oefenen. Daarnaast zijn inspecties uitgevoerd naar duikarbeid, eveneens een taak van de brandweer waar aan grote risico's kleven. De risico's zijn evident, want zowel bij het oefenen als bij de inzet gebeuren in Nederland nog te veel ongevallen. Uit een ongevallenindex blijkt dat de kans op een ongeval vier keer zo hoog is als in de bouw. De korpsen wordt aanbevolen de aanpak van veiligheidsrisico's een veel grotere prioriteit te geven, zodat de manschappen zich meer bewust worden van de risico's en ongeval len voorkomen worden. Het is aan de branchevereniging om de korpsen hierin te stimuleren en voor te lichten over wet- en regelgeving. De gemeenten zijn als werkgever verplicht de korpsen te faciliteren bij de te nemen maatregelen. Binnen enkele jaren zal de Arbeidsinspectie opnieuw inspecties uitvoeren, gericht op de implementatie van maatregelen. Dat de functie van brandweervrijwilliger niet vrij is van risico's staat zoals gezegd niet ter discus sie. De veiligheidsrisico's voor de vrijwilligers in de operationele uitvoering worden in grote mate bepaald door de wijze waarop vóóraan in de risicobeheersingketen al of niet invulling wordt ge geven aan het beheersen van de fysieke veiligheidsrisico's en de wijze waarop de brand en onge- valbestrijding is voorbereid. Een ongeval waarbij een brandweermedewerker gewond raakt of overlijdt valt al gauw onder de definitie van een ramp of een zwaar ongeval zoals opgenomen in artikel 1 van de Wet rampen en zware ongevallen. Gezien de ernst en omvang van het incident zal sprake zijn van een gecoördi neerde inzet van diensten. Dat betekent dat, al of niet geïnitieerd door het college van burgemeester en wethouders, op grond van artikel 10g van de Wet rampen en zware ongevallen een onderzoek zal worden inge steld tenzij de Onderzoeksraad Voor Veiligheid al een onderzoek verricht. De Onderzoeksraad Voor Veiligheid is een bij wet ingesteld zelfstandig bestuursorgaan dat onaf hankelijk onderzoek doet naar oorzaken of vermoedelijke oorzaken van incidenten en rampen en ongevallen. Dat betekent, dat de Onderzoeksraad in voorkomende gevallen snel op de stoep zal staan. Bij zijn onderzoeken hanteert de Onderzoeksraad vijf algemene veiligheidsuitgangspunten om na te gaan of en zo ja hoe partijen invulling hebben gegeven aan hun eigen verantwoordelijkheid voor veiligheid2 en deze zijn: 1Aantoonbaar inzicht verwerven in de risico's ten aanzien van de veiligheid als basis voor de veiligheidsaanpak. Pagina 3 In totaal zijn inspecties uitgevoerd bij 271 korpsen. Bij 244 van deze korpsen zijn in totaal 675 overtredingen vastgesteld, gemiddeld 2 tot 3 overtredingen per korps. Voor het overgrote deel van de overtredingen is de waarschuwing als handhavingsinstrument ingezet (Verslag In spectieproject Brandweer d.d. 12 september 2007). 2 Brief aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties d.d. 17 november 2005 ref. OW 2005-010900 4 01 beleidsplan brandweer aangepast/bpmm/3

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2010 | | pagina 14