over besluitvorming heeft plaatsgevonden, worden de KHN en BEM - op grond van het handha- vingsverzoek en conform de toezegging van het college - op de hoogte gebracht. Wet- en regelgeving In het begin van dit voorstel werd al melding gemaakt van het feit dat het handhavingsverzoek van KHN en de BEM de directe aanleiding vormt voor het schrijven van dit voorstel. Ook op ande re punten is de aanwezigheid van keten in strijd met wet- en regelgeving. Aangezien de uitvoe ring van deze wet- en regelgeving een collegebevoegdheid is, wordt dit voorstel ter informatie aan de raad voorgelegd. Hieronder volgt een opsomming van relevante wet- en regelgeving: 7. Drank en Horecawet In de keten worden alcoholhoudende dranken verstrekt "anders dan om niet". Vanuit jurispruden tie blijkt dat ook bij gezamenlijk inkopen of kosten delen sprake is van "anders dan om niet". Le galisatie is meestal onmogelijk omdat niet voldaan kan worden aan de eisen uit de Drank- en Ho recawet. Het schenken van alcohol in keten is dan ook in strijd met de Drank- en Horecawet, in het bijzonder artikel 3 en 10 en inrichtingseisen. Het BEM vraagt - vaak samen met KHN - ge meenten op te treden tegen keten omdat deze concurrerend zouden zijn voor de reguliere horeca. Ook staat in de Drank- en Horecawet aangegeven dat geen alcohol geschonken mag worden aan jongeren onder de 1 6 jaar en alleen zwak-alcoholische dranken mogen worden verstrekt aan jon geren tussen 16 en 18 jaar. Leidinggevenden moeten op grond van de Drank- en Horecawet in het bezit zijn van een diploma Sociale Hygiëne en barmedewerkers moeten in het bezit zijn van een Instructie Verantwoord Alcoholgebruik. In veel keten is echter sprake van (overmatig) alco holgebruik. Bovendien is er geen toezicht op het alcoholgebruik, ontbreken benodigde diploma's en wordt in een aantal gevallen ook alcohol gedronken door jongeren onder de 1 6 jaar. 2. Wet ruimtelijke ordening Het gebruik van keten is over het algemeen in strijd met het bestemmingsplan, zodat getoetst dient te worden of legalisatie middels een ontheffing c.q. wijziging van het geldende bestem mingsplan mogelijk is. Mocht hieruit blijken dat legalisatie niet mogelijk is dan moet in het kader van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) worden overgegaan tot handhaving. 3. Woningwet Voor de keten zijn geen bouwvergunningen verleend, terwijl deze op grond van artikel 40 van de Woningwet bouwvergunningplichtig zijn. Legalisatie is onmogelijk omdat niet aan de eisen voor een (permanente) bouwvergunning voldaan kan worden. Het bouwwerk moet o.a. voldoen aan; a. het bouwbesluit (en bouwverordening) b. de redelijke eisen van welstand c. bestemmingsplanvoorschriften (zie pt. 2) Bij de keten zijn met name de eisen vanuit het bouwbesluit van belang. In zijn algemeenheid moet gesteld worden dat het voor keten niet mogelijk is om aan de vereisten uit het bouwbesluit te voldoen. Ook bij de brandveiligheidseisen ligt een knelpunt. De gemeente loopt op dit punt dan ook een behoorlijk risico. Daarnaast is een aantal andere eisen uit het bouwbesluit (o.a. kozijn hoogte en ventilatiemogelijkheden) enige tijd geleden behoorlijk aangescherpt. Zodanig dat het bijna onmogelijk is om in aanmerking te komen voor een permanente vergunning. Onder bepaalde voorwaarden kan wel een tijdelijke bouwvergunning worden verleend. Als er geen bouwvergun ning voorhanden is, is het bouwsel in beginsel illegaal en is het college van burgemeester en wethouders - nadat een legalisatietoets is uitgevoerd - verplicht om over te gaan tot handhaving. 4. Wet milieubeheer Een inrichting moet voldoen aan de eisen in het kader van de wet milieubeheer als er sprake is van activiteiten die als bedrijfsmatig kunnen worden aangemerkt. Aangezien er bij keten sprake is van verkoop van consumpties en er groepen jongeren komen, is deze wet van toepassing. In dit Pagina 2 2 03 Keten in Boarnsterhim/bpsh/2

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2010 | | pagina 38